10 - NL
NL - 11
7 Onderhoud
Verwijder regelmatig het stof van de ComfoConnect
KNX C met een droge stofdoek.
8 Probleemoplossing
Het lampje van ComfoNet knippert snel.
Dit betekent dat er een elektronisch (verbindings-)
probleem is met ComfoNet. Controleer de
bekabeling, aansluitingen en verbonden nodes van
ComfoNet. Zodra het probleem is opgelost, maakt
het apparaat automatisch opnieuw verbinding met
ComfoNet om verder te gaan in normaal bedrijf.
Het KNX lampje brandt niet.
Dit betekent dat de KNX bus niet is aangesloten
of geen stroom heeft. Controleer de bekabeling,
aansluitingen en stroomvoorziening van de KNX
bus. Dit probleem heeft niets te maken met de
configuratie door ETS.
Na een firmware-update werkt de ComfoConnect
KNX C niet goed meer.
Als de firmware-update niet kan worden voltooid
vanwege een storing, moet u de updatemodus
activeren voor de ComfoConnect KNX C.
Houdt hiervoor de knop prog. mode ingedrukt
en druk tegelijkertijd de knop reset kort in. De
ComfoConnect KNX C krijgt vervolgens een reboot
en wordt opgestart in de updatemodus. Voer de
firmware-update opnieuw uit.
De lampjes van de ComfoConnect KNX C
branden niet na een firmware-update.
Controleer of de ComfoConnect KNX C stroom heeft.
Voer een volledige reset naar fabrieksinstellingen
uit als het probleem aanhoudt. Houdt hiervoor de
knoppen factory reset en prog. mode ingedrukt.
Druk vervolgens kort op de knop reset. Laat alle
andere knoppen vervolgens weer los. De firmware en
instellingen worden verwijderd en de ComfoConnect
KNX C voert een reboot uit in de updatemodus. Een
firmware-update en KNX configuratie door ETS is
vervolgens vereist.
Het lampje activity knippert eens per seconde.
Het apparaat geeft een foutmelding. Maak gebruik
van ETS om het object Status te lezen om de
storingscode te achterhalen. Probeer het probleem
vervolgens op te lossen.
De ventilatiestand van de ventilatie-unit kan niet
worden gewijzigd door KNX apparatuur.
Voer de volgende stappen uit:
�
Controleer of alle lampjes branden. Alleen het
lampje activity mag zo nu en dan oplichten. Als dit
niet het geval is, controleer dan de bekabeling en
ComfoNet configuratie.
�
Controleer of het apparaat geconfigureerd is met
behulp van ETS. Controleer of de groepsobjecten
aan de juiste groep zijn toegewezen en of de juiste
C/R/W/T/U flags zijn ingesteld. Op basis van de
led-activiteit kan niet worden beoordeeld of de
KNX configuratie goed is uitgevoerd, aangezien
dit afhankelijk is van de wensen en eisen van de
betreffende KNX installatie.
�
Controleer of de andere KNX apparaten aan de
juiste groepsadressen zijn toegewezen.
De ventilatie-unit reageert niet op instellingen,
en het object Status heeft de waarde 40.
De firmwareversie van de ventilatie-unit is niet
compatibel met het apparaat. Kijk online of er een
update beschikbaar is voor de ComfoConnect KNX
of de ventilatie-unit. Voer voor een van de apparaten
een update uit, zodat de firmwareversie weer
compatibel is.