13
NL
PROBLEEMOPLOSSER
Probleem
(mogelijke) oorzaak
Handeling
E 1
(Wisselt na 3x af met
het weergeven van het
ingestelde laadprogramma)
Aansluitdraden
omgepoold.
Verwijder de verbinding
en sluit de kabels op de
juiste manier aan (+ op +,
- op -).
Geen batterij spanning
aanwezig.
Verbinding en zekering
controleren tussen accu
en lader.
Er is een
laadstroomverdeler
aangesloten die de accu-
spanning spert waardoor
de lader niet kan
inschakelen.
Gebruik de D+
aansluiting, zie hoofdstuk
‘Het aansluiten van een
laadstroomverdeler’
E 2
De accu heeft een
spanning tussen de 1,0-
11,0Volt
Deze indicatie blijft gedu-
rende 5 min. branden.
Geen handeling onder-
nemen en het laadproces
afmaken.
Let op! Bij
meerdere te diepe
ontladingen gaat de accu
snel defect.
E 3
De boostfase (T1) + de
equalizefase (T2) duurt
langer dan 14 uur. Het
laadproces is stopgezet.
Controleer of de
laadstroom in een juiste
verhouding staat tot de
accucapaciteit.
Controleer of er een
zware verbruiker aan
staat tijdens het laden.
Wijzig het
laadprogramma.
Controleer de accu.
E 4
Lader staat in een
thermische stop.
Het laadproces zal auto-
matisch weer vervolgt
worden als de lader
voldoende is afgekoeld.
- probeer de lader in een
zo koel mogelijke
omgeving te plaatsen
- controleer of de lader
genoeg kan ventileren.