
6
|
Nederlands
Bediening
VÓÓR GEBRUIK
Om te zorgen dat alle resterende olie uit het productie-
proces wordt verwijderd, moet elke oven de volgende
procedure doorlopen.
1
Reinig de oven grondig met warm water en een mild
schoonmaakmiddel. Spoel schoon en maak droog met
een zachte doek.
2
Zet de ventilatie aan. Enige vrijkomende rook en geur is
normaal.
3
Tik of draai de knop naar CONVECTIEGRIL (GRIL voor
686 mm lagere oven) en stel de temperatuur in op 260°C
voor één uur.
4
Tik op UIT (draaiknop voor professioneel model) en laat
de oven afkoelen met de deur gesloten.
VOORVERWARMEN:
Tijdens het voorverwarmen wordt de oven zo snel en gelijk-
matig mogelijk verwarmd en is niet geschikt voor koken.
Voorverwarming moet bij alle kookstanden worden gebruikt,
behalve bij braden, verwarmen en sommige standen van
Gourmet. Na het voorverwarmen klinkt een belgeluid dat
aangeeft dat de oven de ingestelde temperatuur heeft
bereikt.
BEDIENING
Interactief bedieningspaneel
Het interactieve bedieningspaneel maakt gebruik van
touch-technologie voor de selectie van kookstanden en
andere functies. Zie de afbeeldingen hieronder. Voor profes-
sionele modellen worden kookstanden en temperaturen via
selectieknoppen gekozen.
QUICK
START
Tik om te beginnen met koken, en selecteer dan
uit de opties op het bedieningspaneel. Bij het
professionele model draait u de selectieschakelaar
naar de gewenste stand.
GOURMET
Tik om te beginnen met Gourmet maaltijdberei-
dingen en selecteer dan uit de opties op het bedie-
ningspaneel. Bij het professionele model draait u
de selectieschakelaar naar GOURMET.
TIMER 1
INFORMATIE
INSTELLINGEN
LICHT
TIMER 2
INVOEREN
WISSEN
ANNULEREN
TERUG
UIT
PROEF
NASLAGGIDS SELECTIES
GETIMED KOKEN / VERTRAAGDE START
MEER
GRILLEN
BRADEN
BAKKEN
CONVECTIE
CONVECTIEGRILLEN
OPWARMEN
GOURMET (professioneel model)
DEHYDRATATIE
RIJZEN
ECO (niet beschikbaar op alle modellen)
STEEN
REINIGEN
Beginscherm — enkel transitioneel en hedendaags worden
weergegeven.
Beginscherm — enkel professional wordt weergegeven.