Wilo AF 22, Инструкция по установке и эксплуатации, Страница: 43 / 51

NEDERLANDS
37
– Drinkwatertoevoer actief hoewel de cisterne gevuld is.
– De niveausensor is vuil of defect. Reinig resp. vervang de sensor.
– Pomp wordt niet uitgeschakeld.
– Controleer de uitschakeldruk en de nalooptijd. Verminder eventueel
de uitschakeldruk in menu 2.13 en de nalooptijd in menu 2.14.
Indien de storing niet verholpen kan worden, wendt u zich dan tot
uw sanitair- en verwarmingsmonteur of tot de Wilo-klantendienst.
6. Inbedrijfname
Het is aanbevolen om de installatie door de Wilo-klantendienst in
gebruik te laten nemen.
Alvorens de complete installatie in gebruik
te nemen, dient u de pomp te vullen en te ont-
luchten. Anders zou de dichting van de glijring
door droogloop beschadigd kunnen worden!
Om de pomp te ontluchten, moet u de vul/ontluchtingsschroef
losdraaien zoals weerge-geven in figuur 6. Vervolgens moet u de
pomp met behulp van een trechter via de vulopening met water vullen
en daarna weer sluiten.
Controlelijst bij de initiële instelling van de schakelkastparameters:
Lees hoofdstuk 4 ”Omschrijving van product
en toebehoren” en figuur 3 ”Niveau-indeling
volgens de menu-items van de schakelkast”!
– Taal Menu 2.02 Vraag om de taal te bevestigen > nederlands <.
In de basisweergave moet de parameterinvoer vrijgeschakeld zijn, alvor-
ens met de instelprocedure te beginnen. Druk hiervoor opeenvolgend
en met een tussenpauze van één seconde op de toetsen
à à
(zie ook deel 4.2.2).
– Cisternetype Menu 2.04 (vorm), 2.05 (hoogte), 2.07 (overloop)
– Sensorstand Menu 2.06 (hoogte), 2.09 (niveau NS),
2.10 (volume DW)
– Pompinstallatie Menu 2.12 (Pomp Aan), Menu 2.13 (Pomp Uit)
Menu 2.14 (Nalooptijd)
Figuur 3 draagt bij tot een beter begrip van de niveau-instelling.
Na de instelprocedure moet u de bedrijfsstand Automatisch selec-
teren.
De vlotterklep in de opslagtank met drinkwater moet zo ingesteld
worden, dat het beschikbare tankvolume volledig kan worden gebruikt
zonder dat het water via de overloop wegstroomt. Hiervoor kunnen de
helling van de vlotterarm en de stand van de vlotterbol aangepast
worden. De vlotterklep moet ca. 3 tot 5 cm onder de overloop sluiten.
7. Onderhoud
De pomp is nagenoeg onderhoudsvrij.
Het is aanbevolen om de installatie jaarlijks te laten controleren door
de Wilo-klanten-dienst.
Bij langere buitenbedrijfstelling dient u de drinkwatertoevoer af te
sluiten, de netstekker uit te trekken en de pomp/installatie te ledigen
door de onderste aftapschroef van de pomp open te draaien (figuur 6).
8. Storingen, oorzaken en oplossingen
– De pomp start niet op.
– Stroomtoevoer onderbroken. Controleer de zekeringen en de
voedingsspanning.
– De pomp schakelt uit en kort erna weer in.
– Stel in het menu 2.13 een hogere waarde voor de uitschakeldruk
van de pomp in. De uitschakeldruk mag niet hoger liggen dan de
nulopvoerhoogte van de pomp (maximale druk van de pomp bij
nulvolume volgens typeplaatje). Bij te frequente in- en uitschakelcycli
kan de nalooptijd via menu 2.14 verhoogd worden.
– De pomp heeft geen of een te laag vermogen.
– Er komt lucht in de aanzuigleiding. Dicht de zuigbuis af.
– De aanzuighoogte heeft de maximale waarde overschreden resp.
het aanzuigverlies is te groot.
– Controleer de waterspiegel.
– Filter verstopt. Reinig de voetklep.
– Druk te laag.
– Zuighoogte te hoog. Controleer de waterspiegel.
– Filter verstopt. Reinig de voetklep.
– Pomp lek.
– Glijringdichting defect. Vervang de glijringdichting.
– Haal de schroeven op de trapbehuizing aan.
OPGELET!
OPGELET!
29135_Wilo_RainAF22_NL 26.05.2000 8:46 Uhr Seite 37 (1,1)