78
16. VERHELPEN VAN STORINGEN
U heeft met het meetapparaat een product aangeschaft dat volgens de nieuwste stand der techniek is ontwikkeld en
veilig is in het gebruik.
Toch kunnen zich problemen of storingen voordoen.
Hieronder vindt u enkele maatregelen om eventuele storingen eenvoudig zelf te verhelpen:
Neem altijd de veiligheidsvoorschriften in acht!
Fout
Mogelijke oorzaak
Hulp
De meter kan niet worden
ingeschakeld.
Is de batterij leeg?
Controleer de staat van de batterij.
Koppel de batterij los, en sluit haar terug
aan (reset uitvoeren).
Er wordt geen correcte meet-
waarde weergegeven
Meetfout?
De stekker van de sensor is niet
correct verbonden.
Controleer de stekker van de sensor..
De meter kan niet worden
bediend.
De hold-functie is geactiveerd
(aanduiding „HOLD”)
Deactiveer de hold-functie via de toets
„HOLD”.
Andere reparaties dan hierboven beschreven mogen uitsluitend door een erkend vakman worden uitge-
voerd.
Bij vragen over het gebruik van het meetapparaat staat onze technische helpdesk ter beschikking.