Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van Voltcraft
®
,
Lindenweg 15, D-92242 Hirschau/Duitsland, Tel. +49 180 586 582 723 8.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische eisen bij het ter perse gaan.
Wijzigingen in techniek en uitrusting voorbehouden.
© Copyright 2009 bei Voltcraft
®
.
*02_01/09_01-HW
FUNCTIEoMSCHRIJVING
4.
De gelijkstroomuitgang van het nettoestel is galvanisch gesplitst en vertoont een veiligheidssplitsing tegenover
de netspanning.
De uitgangsspanning kan via de instellingsregelaar (5) van 1,5 V tot 15 V DC ingesteld worden; een
stroombeperking is niet mogelijk. De huidige uitgangsspanning wordt op het wijzerinstrument (6) getoond.
De DC-aansluiting op de secundaire kant gebeurt via twee gekleurde 4 mm veiligheidsbussen (3 en 4).
De koeling van het toestel gebeurt door confectie; daarom moet op voldoende luchtcirculatie resp. afstand tussen
de zijkanten gelet worden.
Het voedingsapparaat heeft een overlastbeschermingsschakeling. Deze wordt actief
als de maximale stroom door overlast of kortsluiting overschreden wordt. Hierbij
wordt de uitgangsspanning elektronisch verminderd om een beschadiging van het
voedingsapparaat te voorkomen.
INBEDRIJFNAME
5.
Algemeen
Voor het gebruiken van het voedingsapparaat is een beschermcontact-netkabel nodig (niet bijgeleverd).
Steek de netkabel in de koude toestellen aansluiting (8) achteraan het voedingsapparaat en de stekker in een
beschermcontact-stopcontact.
Het voedingsapparaat is geen oplader. Gebruik voor het opladen van accu’s daarvoor
geschikte opladers met geschikte oplaaduitschakeling.
Instellen van de gewenste uitgangsspanning
Vergewis u ervan, dat geen verbruiker aan het voedingsapparaat is aangesloten.
•
Schakel het voedingsapparaat via de bedrijfsschakelaar (2) aan; het bedrijfsdisplay (1) moet oplichten.
•
Stel via de DC-instellingsregelaar (5) de gewenste uitgangsspanning in, die in het display (6) gecontroleerd
•
kan worden.
Aansluiting van een verbruiker
Vergewis u revan, dat de verbruiker uitgeschakeld is.
•
Controleer nogmaals de juiste uitgangsspanning.
•
Verbind de pluspool (+) van de verbruiker met de rode bus „+“ (4) en de minpool (-) van de verbruiker met
•
de blauwe bus „-„ (3).
De aansluiting werkt met standaard 4mm stekkers.
•
Let erop dat de verbruiker oningeschakeld met het voedingsapparaat verbonden wordt. Een
ingeschakelde verbruiker kan bij de aansluiting aan de bussen tot vonkvorming leiden, wat
de bussen en de aangesloten leidingen kan beschadigen.
oNDERHoUD EN REINIGING
6.
Op de zekeringswissel na en af en toe een reiniging is het voedingsapparaat onderhoudsvrij.
Voor de reiniging van het toestel gebruikt u een schone, pluisvrije, antistatische en licht vochtige doek zonder
schurend, chemisch en oplosmiddel bevattend reinigingsmiddelen.
LET oP: Trek altijd de netstekker uit het stopcontact voor u het toestel gaat reinigen.
ZEKERINGSWISSEL
7.
Wanneer het toestel niet meer aangaat, dan is er waarschijnlijk een defecte netzekering.
Voor het wisselen van netzekeringen gaat u als volgt te werk:
Schakel het voedingsapparaat uit, verwijder alle aansluitingskabels van het toestel en haal de netstekker uit
•
het stopcontact.
Druk met een geschikte Phillips schroevendraaier de zekeringshouder op de achterkant (9) een beetje naar
•
binnen en draai deze er met een kwartslag in tegenwijzerzin uit (bajonetsluiting).
Vervang de defecte zekering met een nieuwe fijnzekering (5x20 mm) van het zelfde type en nominale
•
stroomkracht: T0,5A / 250V (Traag).
Draai de zekering in wijzerzin en onder het uitoefenen van enige druk in de zekeringhouder.
•
VERHELPEN VAN SToRINGEN
8.
Met het voedingsapparaat heeft u een product aangeschaft dat volgens de nieuwste stand van de techniek werd
gebouwd en bedrijfszeker is
Toch kunnen problemen en storingen voorkomen.
Daarom willen wij u hier omschrijven hoe u eventuele storingen kunt verhelpen.
Let absoluut op de veiligheidsaanwijzingen!
Probleem
oplossing
Het bedrijfsdisplay licht
niet op.
Geen netspanning aanwezig?
Controleer de leidingsbeschermschakelaar van het stopcontact.
•
Controleer of zij correct in het stopcontact zit.
•
Controleer de netzekering in het voedingsapparaat.
•
Is het voedingsapparaat overbelast?
Verwijder de verbruiker en controleer de technische gegevens.
•
Aangeslotene Verbruiker
werken niet.
Staat de juiste spanning ingesteld ?
Is de polariteit correct ?
Is het voedingsapparaat overbelast?
Controleer de technische gegevens van de verbruikers
•
Andere herstellingen dan deze hiervoor omschreven mogen enkel door een bevoegd
vakman worden uitgevoerd. Controleer regelmatig de technische veiligheid van het
toestel bv. op beschadiging van de behuizing enz. Bij eigenmachtige veranderingen of
herstellingen aan of in het toestel vervalt de garantie.
VERWIJDERING
9.
In het belang van het behoud, de bescherming en de verbetering van de kwaliteit van het milieu,
de bescherming van de gezondheid van de mens en een behoedzaam en rationeel gebruik van
natuurlijke hulpbronnen dient de gebruiker een niet te repareren of afgedankt product in te leveren
bij de desbetreffende inzamelpunten overeenkomstig de wettelijke voorschriften.
Het symbool met de doorgekruiste afvalbak geeft aan dat dit product gescheiden van het gewone
huishoudelijke afval moet worden ingeleverd.
TECHNISCHE GEGEVENS
10.
Bedrijfsspanning
230 V AC / 50 Hz (+/- 10%)
Prestatieopname
60 VA max.
Uitgangsspanning
1,5 V (+/-0,2V) tot 15 V (+/-20%) DC
Uitgangsstroom
1,5 A max.
Restspanningen
<10 mV rms (rms=effectief)
Regelgedrag bij belastingsverandering
0~100 %
230 mV
Netzekering (5x20 mm)
Draagt 0,5A / 250 V (5 x 20 mm fijnzekering)
Bedrijfstemperatuur
+5 °C tot +40 °C
Relatieve luchtvochtigheid
max. 85%, niet condenserend
Veiligheidsklasse
1
Afmetingen (BxHxD)
ca. 135 x 88 x 167 (mm)
Maten
ca. 1,9 kg