16
090430.01
Ultrasoon tank managementsysteem
3.4 Invoeren tankgegevens
Handel als volgt om voor elke tank de ge-
gevens in te voeren:
— A —
• Neem op één sensor na alle sensoren
los van het netwerk.
• Schakel de spanning in.
• Druk 3 x op de
toets.
Achtereenvolgens worden in het af-
leesinstrument de volgende schermen
afgebeeld:
- ‘Configuratie menu’
- ‘Tankinstellingen’
- ‘Naam tank’ met een toetsenbord en
de vooraf ingestelde naam van de
tank (Vetus).
Tankinstellingen
A
5 6 7 8 9
Z a
z 0
R S T U
1 2 3
4
V W X Y
J K L M
B C D E
N
O P Q
F G H I
r s t u v w x y
j k l m
b
c d e
n o p
q
f g h i
Vetus
Naam tank
— B —
Invoeren naam van de tank
•
Druk 2 x op de
toets.
De Backspace functie (
) is nu gese-
lecteerd.
En druk hierna 5 x op de
toets om
de tanknaam ‘Vetus’ te wissen.
Tankinstellingen
A
5 6 7 8 9
Z a
z 0
R S T U
1 2 3
4
V W X Y
J K L M
B C D E
N
O P Q
F G H I
r s t u v w x y
j k l m
b
c d e
n o p
q
f g h i
Naam tank
• Voer de naam van de tank in door met
de
/
toetsen naar een letter
of cijfer te navigeren en op de
toets te drukken.
Rechts van het cijfer ‘9’ bevindt zich de
spatietoets.
Na het invoeren van de naam van de
tank bijvoorbeeld ‘Drinkwatertank’
moet deze in het geheugen worden op-
geslagen.
Tankinstellingen
A
5 6 7 8 9
Z a
z 0
R S T U
1 2 3
4
V W X Y
J K L M
B C D E
N
O P Q
F G H I
r s t u v w x y
j k l m
b
c d e
n o p
q
f g h i
Naam tank
Drinkwatertank
