Juiste bedieningshandelingen
7
NL
De functies kunnen verschillen per model en systeem.
• Voor het meest effectief koelen of verwarmen kunt u
beter de stand van de ventilatieramen wijzigen, bij
keuze voor koelen of verwarmen.
• Warme lucht stijgt naar het plafond en blijft daar
hangen, terwijl koude lucht daalt naar de vloer en zich
daar verzamelt.
VOORZICHTIG
• Voor het koelen stelt u de ventilatieramen in op
een horizontale uitblaasrichting.
Als u gaat koelen met de ventilatieramen omlaag
gericht, kan er daarop en rond de uitblaasopening
vocht uit de lucht condenseren en als druppels
omlaag vallen.
* Zie voor nadere bijzonderheden de
gebruiksaanwijzing van de airconditioner.
Wijzigen van de uitblaasrichting
1
Druk tijdens de werking op toets
(39) en kies
de gewenste uitblaasrichting.
• Telkens wanneer u op de toets drukt, verandert de
uitblaasrichting, in de onderstaande volgorde.
• Druk niet meer op de toets wanneer het symbool
behorend bij de gewenste uitblaasrichting oplicht.
* De uitblaasrichtingen 4 en 5 worden niet
aangegeven tijdens het koelen of het drogen.
* Het kan niet altijd mogelijk zijn om
uitblaasrichting 1 te kiezen nadat de
uitblaasrichting willekeurig is geweest. In dat
geval wacht u 2 seconden en dan drukt u
nogmaals op toets
(39).
Zwenkbeweging van de ventilatieramen starten
1
Tijdens de werking drukt u
op toets
(39) en kiest u
het rechts aangegeven
symbool.
• Als u de toets dan indrukt vanuit de
omlaagblazende stand, licht het rechts
aangegeven symbool op om de uitblaasrichting
aan te geven.
Zwenkbeweging van de ventilatieramen stoppen
1
Terwijl de ventilatieramen zwenken,
drukt u op toets
(39) zodra de
ventilatieramen in de gewenste stand
staan.
• Het rechts aangegeven symbool licht op om de
uitblaasrichting aan te geven.
* De ventilatieramen kunnen niet in de
omlaagblazende stand worden vastgezet tijdens
het koelen of het drogen. Ook al drukt u op de
toets bij de omlaagblazende stand, de
ventilatieramen zullen dan de zwenkbeweging
pas stoppen bij de derde stand van bovenaf.
* Betreffende toets
(37)
• Wanneer er meerdere binnenapparaaten worden
bediend met een enkele afstandsbediening, kunt u
met deze toets een enkele binnenapparaat kiezen
om de uitblaasrichting voor die eenheid te regelen.
• Als u de uitblaasrichting voor elk van de eenheden
afzonderlijk wilt instellen, drukt u op toets
(37) en
laat u het nummer van een van de apparaten uit de
groep in het cijfervenster verschijnen. Wijzig nu de
uitblaasrichting voor de aangegeven
binnenapparaat.
• Als er geen nummer van een binnenapparaat wordt
aangegeven in het cijfervenster, zal de ingestelde
uitblaasrichting gelden voor alle binnenapparaaten.
De functies kunnen verschillen per model en systeem.
• Dit is een verwarmingsfunctie die speciaal bestemd is
voor gebruik in koude streken, om de
binnentemperatuur constant te houden terwijl u weg
bent.
• Voor het gebruik van deze functie is een applicatie-
stuurinstelling vereist. Raandpleeg uw handelaar of
een hierin gespecialiseerde onderhoudsdienst.
* Zie voor nadere bijzonderheden de
gebruiksaanwijzing van de airconditioner.
Instellen van de uitblaasrichting
SWING
(zwenkbeweging)
Willekeurig
1
2
3
4
5
Vriespreventie
(verwarmen tot 8°C)
01-06RBC-AMS41E_NL.fm Page 7 Friday, April 18, 2008 10:23 AM