BC 3500
Gebruiksaanwijzing
LEES VOOR HET GEBRUIK VAN DE BATTERIJOPLADER ALLE AANWIJZINGEN IN DEZE GEBRUIKSAANWIJZING AANDACHTIG DOOR. BEWAAR DEZE
GEBRUIKSAANWIJZING OP EEN VEILIGE PLAATS OMDAT HET NODIG KAN ZIJN DAT U HEM LATER WEER MOET GEBRUIKEN.
Wij wijzen alle gebruikers van dit apparaat op het volgende: volg de in deze gebruiksaanwijzing opgenomen veiligheids- en onderhoudsaanwijzingen op. Lees ook de
waarschuwingen op de oplader, in de gebruiksaanwijzing en op de cadeauverpakking.
WAARSCHUWINGEN:
1. De lader mag uitsluitend worden gebruikt voor het opladen van Li-ion (26650, 22650, 18650, 17670, 18490, 17500, 18350, 16340 (RCR123), 14500, 10440), NiMH, NiCd (AA, AAA, AAAA, C)
en LiFePO4 herlaadbare batterijen. Gebruik deze oplader nooit voor andere soorten batterijen, die niet hierboven zijn vermeld, omdat dit kan leiden tot exploderen, scheuren of lekken van de
batterijen, waardoor persoonlijk letsel en/of materiële schade kan ontstaan.
2. De BC 3500 is compatibel met batterijen van verschillende maten. Het wordt daarom aanbevolen om bij het opladen van bepaalde batterijen (zoals 26650 en AAA) de stand van de batterij in de
houder handmatig aan te passen, om te verzekeren dat er goed contact is tussen beide kanten van de batterij en de metalen contactpunten van de houder van de oplader.
3. De oplader mag alleen onder normale omstandigheden binnenshuis worden gebruikt en mag onder geen enkele voorwaarde aan water, hoge vochtigheid en lage of hoge
omgevingstemperaturen worden blootgesteld.
De bedrijfstemperatuur van de BC 3500 bevindt zich tussen 0 °C en 40 °C.
4. Volg altijd de aanwijzingen voor het opladen van de herlaadbare batterij.
5. Gebruik nooit een ander netsnoer of een andere adapter dan die bij de oplader zijn geleverd.
6. De herlaadbare batterijen kunnen tijdens het opladen heet worden (in het bijzonder wanneer er voor een hoge laadstroom wordt gekozen). De gebruiker moet bij het uitnemen van de batterijen
na het opladen extra goed opletten.
7.
Haal de stekker van de oplader uit het stopcontact wanneer hij niet wordt gebruikt.
EIGENSCHAPPEN:
•
Er kunnen 4 batterijen gelijktijdig worden opgeladen.
•
Ieder van de 4 houders laadt en bewaakt de batterijen afzonderlijk.
•
Compatibel met en identificeert Li-ion (26650, 22650, 18650, 17670, 18490, 17500, 18350, 16340 (RCR123), 14500, 10440), NiMH, NiCd (AA, AAA, AAAA, C) en LiFePO4 herlaadbare batterijen.
•
Geoptimaliseerd ontwerp voor het opladen van IMR-batterijen
•
Het geïntegreerde LCD-scherm geeft de laadparameters en de voortgang weer.
•
Intelligente circuits detecteren het soort batterij en de toestand voordat naar de automatische oplaadmodus wordt overgeschakeld.
•
Detecteert automatisch de vermogenstoestand van de batterij en selecteert de juiste spanning en oplaadmodus (met uitzondering van LiFePO4 batterijen, die handmatig moeten worden
geselecteerd).
•
Compatibel met LiFePO4 batterijen
•
Er klinkt een toon als hij klaar is
•
Overlaadbeveiliging ter bescherming van de batterijen.
•
Temperatuurbewaking ter voorkoming van oververhitting.
•
Bescherming tegen omgekeerde polariteit.
HET CONTROLEREN VAN DE BATTERIJ
De BC3500 controleert van iedere batterij de soort en de spanning. Als er geen spanning wordt gedetecteerd, wordt er 'NULL' op het LCD-scherm weergegeven. Als het detecteren van de batterij
de eerste keer mislukt, verwijder dan de batterij, plaats hem weer en probeer hem een tweede keer te activeren.
Opmerking
:
De BC3500 wordt niet aanbevolen voor gebruik met overmatig ontladen (nul Volt), ONBESCHERMDE Li-ion-batterijen. Li-ion batterijen zonder beschermingscircuit kunnen mogelijk
brand veroorzaken of exploderen.
Stel het soort batterij in op LiFePO4:
Opmerking
:
De volgende instellingen moeten voor de start van het oplaadproces worden uitgevoerd. Het opladen is gestart als het oplaadsymbool balken die van links naar rechts lopen weergeeft.
Het opladen start 8 seconden na het plaatsen van een batterij automatisch.
1.
Plaats een LiFePO4 batterij in de houder van de oplader
2.
Druk kort op de overeenkomstige kanaalknop om de laadstroom te wijzigen tussen 0,25 A, 0,5 A en 1,0 A.
Als de laadstroom van 0,25 A nodig is, doorloop dan alle stromen totdat er weer 0,25 wordt weergegeven; anders is de handmatige selectie van LiFePO4 niet mogelijk.
3.
Houd de overeenkomstige kanaaltoets gedurende ongeveer 5 seconden ingedrukt; het soort batterij wijzigt naar LiFePO4.
BEDRIJFSMODI
Oplaadmodus
Opladen van de batterij
(CHG)
– laadt de herlaadbare batterij op en schakelt als de herlaadbare batterij vol is automatisch over naar druppelladen.
1.
Nadat de lichtnetadapter in het stopcontact is gestoken, worden op het LCD-scherm eerst alle tekens weergegeven en daarna 'NULL'.
2.
Zodra er een herlaadbare batterij is geplaatst, worden de spanning van de batterij (bijvoorbeeld, '1,39 V') en het soort batterij weergegeven.
3.
De standaard modus is laden met 0,25 A; de functie wordt aan de linkerkant van het capaciteitsscherm aangegeven als 'CHG'.
4.
U kunt binnen 8 seconden na het plaatsen van de batterij de stroom wijzigen door kort op de overeenkomstige kanaaltoets te drukken. U kunt kiezen uit een stroom van 0,25 A, 0,5 A
en 1 A.
5.
Tijdens het opladen wordt de geladen capaciteit in mAh en de versterken tijd weergegeven. In het oplaadsymbool worden balken die van links naar rechts lopen weergegeven.
6.
Als het opladen is voltooid, klinkt er een toon.
Modus voor het testen van de capaciteit.
Het testen van de capaciteit
(CAP)
– de herlaadbare batterij wordt opgeladen en weer ontladen, waarbij de capaciteit wordt vastgesteld. Daarna wordt de batterij opgeladen en als de
herlaadbare batterij vol is schakelt de oplader automatisch naar druppelladen.
1.
Nadat de lichtnetadapter in het stopcontact is gestoken, worden op het LCD-scherm eerst alle tekens weergegeven en daarna 'NULL'.
2.
Zodra er een herlaadbare batterij is geplaatst, wordt de spanning van de batterij (bijvoorbeeld, '1,39 V') weergegeven.
3.
De standaard modus is laden met 0,25 A; de functie wordt aan de linkerkant van het capaciteitsscherm aangegeven als 'CHG'.
4.
U kunt binnen 8 seconden na het plaatsen van de batterij de stroom wijzigen door kort op de overeenkomstige kanaaltoets te drukken. U kunt kiezen uit een stroom van 0,25 A, 0,5 A
en 1 A.
5.
Na 8 seconden start de oplaadmodus, wat wordt aangegeven door de balken die van links naar rechts lopen.
6.
Houd de overeenkomstige kanaaltoets ingedrukt om naar de testmodus voor de capaciteit om te schakelen; er wordt 'CAP' weergegeven; de batterij wordt opgeladen totdat hij vol is.
7.
Als het opladen is voltooid, klinkt er een toon.
8.
De oplader gaat naar de ontlaadmodus; het scherm voor de capaciteit wordt op 0 gesteld; het symbool voor het opladen geeft tijdens het ontladen omgekeerde oplaadbalken, van
rechts naar links, weer.
9.
Tijdens het ontladen is de ontlaadstroom de helft van de ingestelde laadstroom en wordt de ontladen capaciteit gemeten.
10.
Als het ontladen is voltooid, klinkt er een toon; de lader gaat naar de oplaadmodus. De weergegeven capaciteit is het resultaat van de capaciteitstest.
11.
Als het opladen is voltooid, klinkt er een toon.
