78
temperatuur. Koud temperaturen kunnen de afstand verkleinen; houd hiermee
rekening bij het opstellen van de zender.
CONTROLE 868 MHz-ONTVANGST
Het temperatuurstation dient de buitentemperatuur enkele minuten na het
opstarten te ontvangen.
Is dit na ongeveer 2 minuten nog niet het geval
(pictogram van signaalontvangst wordt niet weergegeven), controleer dan de
volgende punten:
1.
Het temperatuurstation en de zender dienen tenminste 1.5-2 meter uit
de buurt te staan van mogelijke storingsbronnen, zoals monitors en tv-
toestellen.
2.
Plaats het temperatuurstation niet in de onmiddellijke nabijheid van
metalen kozijnen.
3.
Gebruik van andere elektrische artikelen zoals hoofdtelefoons of
luidsprekers die op dezelfde radiofrequentie werken (868MHz) kan de
goede transmissie en ontvangst van het signaal belemmeren.
4.
Naburige bewoners die elektrische artikelen gebruiken die eveneens
via het 868MHz-signaal werken kunnen ook interferentie veroorzaken.
Let op:
Als het 868MHz-signaal correct is ontvangen het batterijvak van de zender of
het temperatuurstation niet meer openen omdat de batterijen hierdoor los
zouden kunnen schieten van de contactpunten; dit noopt onnodig tot
herstarten. Gebeurt dit per ongeluk toch, start dan alle toestellen opnieuw op
(zie
Opstarten
hierboven) anders kunnen zendproblemen optreden.
Het zendbereik van de zender naar het temperatuurstation is (in het vrije veld)
ongeveer 100 meter. Dit is echter mede afhankelijk van omgevingsfactoren.