
90
NE
D
ER
LA
ND
S
DC-aansluitingen van de omvormer scheiden
DC-kabel volgens de handleiding van de fabrikant scheiden. Hiervoor is speci-
aal gereedschap noodzakelijk.
Waarschuwing
DC-kabels zijn spanningvoerend als de solarmodules worden verlicht.
AC-stekker van de omvormer scheiden
Voor Turbo 1P Mini / 1P omvormer:
1. AC-stekker van de koppeling op de omvormer losmaken, zoals in hoofdstuk 13.1
is beschreven.
2. Spanningsloosheid van de AC-stekker op alle polen controleren. Hiervoor een
geschikte spanningstester gebruiken (geen fasecontrolepen).
Voor Turbo 3P1 / 3P2 omvormer:
1. AC-stekker van de omvormer scheiden: de grendelhaak vooraan de AC-stekker
met een geschikt voorwerp voor het ontgrendelen iets indrukken en de stekker
lostrekken.
2. Spanningsloosheid van de AC-stekker op alle polen controleren. Hiervoor een
geschikte spanningstester gebruiken (geen fasecontrolepen).
AC-stekker openen (alleen indien nodig)
Voor Turbo 1P Mini / 1P omvormer:
AC-stekker openen, zoals in de bijlage bij montage > AC-stekker is beschreven.
Voor Turbo 3P1 / 3P2 omvormer:
AC-stekkers openen: Allereerst de achterste kabelwartel openen en daarna de
grendelhaken links en rechts van de stekkerbehuizing (tegelijk) door het in-
drukken met een geschikt gereedschap ontgrendelen. Daarna bovengedeelte
van behuizing van het contactdeel trekken.
Omvormer van de montageplaat verwijderen
1. Borgplaat van de montageplaat met één hand ca. 5 mm in de richting van het
montagevlak drukken
1
(Afbeelding 30).
2. Omvormer met de andere hand iets optillen, tot de borgplaat niet meer kan
vergrendelen
2
borgplaat loslaten.
3. Omvormer met beide handen optillen, tot de haken aan de achterkant van de
omvormer vrij zijn
3
4. Omvormer van het montagevlak verwijderen
4
3
1
2
4
Afbeelding 30
6.
Opbouw en werking Turbo omvormer
6.1 Behuizing
Afbeelding
31
1
Kap
2
Display (monochroom, 128 x 64 pixels)
3
Typeplaatje, waarschuwingen, Serienummer
4
Bedieningsknoppen:
ESC
, , ,
SET
(van links naar rechts)
5
1x AC-aansluiting
6
1x DC-aansluiting plus (+) voor solarmodules
(Phoenix Contact SunClix, aanrakingsveilig)
7
1x DC-aansluiting min (−) voor solarmodules
(Phoenix Contact SunClix, aanrakingsveilig)
8
DC-lastscheidingsschakelaar
(scheidt plus- en miningang tegelijk)
9
2x RJ45-contrastekkers (RS485-bus)
10
1x RJ45-contrastekker (ethernet)
11
1x RJ10-contrastekkers (Modbus RTU)
De componenten van de behuizing worden hierna individueel beschreven.
6.2 Bedieningsknoppen
De bedieningsknoppen (
4
in Afbeelding 31) hebben de volgende functies:
Knop
Actie
Functie algemeen
Geleide bediening
ESC
Kort
indrukken
Springt naar een hoger menuniveau
Gaat 1 stap terug
Verwerpt een wijziging
Lang indrukken
(≥ 1 seconde)
Springt naar statusweergave Springt naar het begin van
de geleide bediening
Kort
indrukken
• Beweegt de markeringsbalk of de display-inhoud naar
boven
• Beweegt bij een getalinvoer de markering 1 positie
naar links
• Verhoogt een instelwaarde met 1 stap
Kort
indrukken
• Beweegt de markeringsbalk of de display-inhoud naar
beneden
• Beweegt bij een getalinvoer de markering 1 positie
naar rechts
• Verlaagt een instelwaarde met 1 stap
SET
Kort
indrukken
Springt naar een lager menuniveau
–
• Een gemarkeerde getalwaarde begint te knipperen
en kan worden gewijzigd
• Zorgt voor het overnemen van een wijziging
• Wijzigt de toestand van een besturingselement
(keuzevakje/optie-veld)
Lang indrukken
(≥ 1 seconde)
Beantwoordt een dialoog met Ja
Gaat 1 stap vooruit
Tabel 1