Imp
ort
Ap
plia
nce
s.c
om
THE EASIEST WAY TO SELF-IMPORT APPLIANCES DIRECT FROM EUROPE.
nl
Voor u in onze kookstudio uitgetest.
94
Tips
Hier vindt u vele tips over vormen en de bereiding.
Aanwijzingen
■
Maak gebruik van de meegeleverde toebehoren. Bij
de klantenservice of in speciaalzaken kunt u
toebehoren of extra toebehoren kopen.
Verwijder voor het gebruik alle toebehoren en
vormen die u niet nodig heeft uit de binnenruimte.
■
Gebruik altijd een pannenlap wanneer u hete
toebehoren of servies uit de binnenruimte neemt.
■
Boven-/onderwarmte Eco is een intelligente
verwarmingsmethode voor het gezond bereiden van
vlees, vis en gebak dat niet moet rijzen. Het
apparaat regelt de energietoevoer in de
binnenruimte optimaal. Het product wordt in fases
bereid met behulp van restwarmte. Zo blijft het
sappiger en wordt het minder bruin. Door het
vroegtijdig openen van de deur tijdens het bereiden
en door het voorverwarmen verdwijnt dit effect.
Plaats de gerechten in de onverwarmde, lege
binnenruimte. Houd de deur van het apparaat tijdens
de bereiding gesloten.
Tips voor het bakken
Tips voor het braden en stoven
U wilt vaststellen, of het gebak door-
gebakken is.
Steek met een houten prikker op de hoogste plaats in het gebak. Wanneer er geen deeg meer aan de prikker
zit, is het gebak klaar.
Het gebak zakt in.
Gebruik de volgende keer minder vloeistof. Of stel de temperatuur 10 °C lager in en verleng de baktijd. Houd
u aan de opgegeven ingrediënten en bereidingsaanwijzingen in het recept.
Het gebak is in het midden hoog gere-
zen en lager bij de randen.
Vet alleen de bodem van de springvorm in. Na het bakken maakt u het gebak voorzichtig los met een mes.
Het sap van de vruchten stroomt over. Gebruik de volgende keer de braadslede.
Klein gebak plakt bij het bakken aan
elkaar.
Tussen de gebakstukken dient een afstand van ca. 2 cm te zijn. Zo is er voldoende plaats om het gebak goed
te laten rijzen en helemaal bruin te laten worden.
Het gebak is te droog.
Stel de temperatuur 10 °C hoger in en houd een kortere baktijd aan.
Het gebak is over het geheel te licht. Zijn de inschuifhoogte en de accessoires juist, verhoog dan evt. de temperatuur of houd een langere baktijd
aan.
Het gebak is aan de bovenkant te
licht, maar onder te donker.
Plaats het gebak de volgende keer één niveau hoger.
Het gebak is aan de bovenkant te
donker, maar onder te licht.
Plaats het gebak de volgende keer één niveau lager. Kies een lagere temperatuur en houd een langere baktijd
aan.
Het gebak wordt te donker aan de
achterkant.
Zet de bakvorm niet direct tegen de achterwand maar midden op het accessoire.
Het gebak is over het geheel te don-
ker.
Kies de volgende keer een lagere temperatuur en houd evt. een langere baktijd aan.
Het gebak is ongelijkmatig bruin
geworden.
Kies een wat lagere temperatuur.
Ook bakpapier dat uitsteekt kan de luchtcirculatie beïnvloeden. Knip het bakpapier altijd zo af dat het goed
past.
Let erop dat de bakvorm niet direct voor de openingen in de achterwand van de binnenruimte staat.
Bij het bakken van klein gebak moet u indien mogelijk gelijke groottes en diktes aanhouden.
U hebt op meerdere niveaus gebak-
ken. Op de bovenste plaat is het
gebak donkerder dan op de onderste.
Kies voor het bakken op meerdere niveaus altijd hete lucht. Bakplaten of vormen die gelijktijdig in de oven
worden geplaatst, hoeven niet op hetzelfde moment klaar te zijn.
Het gebak ziet er goed uit, maar is bin-
nen niet goed doorgebakken.
Bak iets langer bij een wat lagere temperatuur en voeg evt. minder vloeistof toe. Bij gebak met een vochtige
bovenkant bakt u eerst de bodem voor. Bestrooi hem met amandelen of paneermeel en doe dan de boven-
laag erop.
Het gebak laat niet los wanneer u het
uit de vorm wilt storten.
Laat het gebak na het bakken nog 5 tot 10 minuten afkoelen. Komt het er nog steeds niet uit, maak de rand
dan voorzichtig los met een mes. Stort het gebak opnieuw en bedek de vorm meerdere keren met een natte,
koude doek. Vet de vorm de volgende keer in en bestrooi hem met paneermeel.
Het braadvlees is te donker en de
korst is op enkele plaatsen verbrand
en/of het braadvlees is te droog.
Controleer de inschuifhoogte en de temperatuur. Kies de volgende keer een lagere temperatuur en verkort
evt. de braadtijd.
De korst is te dun.
Verhoog de temperatuur of schakel na afloop van de braadtijd de grill even in.
Het braadvlees ziet er goed uit, maar
de jus is aangebrand.
Neem de volgende keer kleiner braadgerei en voeg evt. meer vloeistof toe.