Nederlands
Nederlands
30
31
Op www.revell-control.de vindt u bestelmogelij kheden en
vervangingstips voor reserveonderdelen, alsmede andere
nuttige informatie over alle modellen van Revell Control.
SerVICeaaNWIJzINgeN
Op
www.revell-control.de
vindt u meer tips en trucs.
aaNWIJzINgeN VOOr VeIlIg VlIegeN
ALGEMENE VLIEGTIPS:
• Zet de helikopter altijd op een vlakke
ondergrond. Door een schuin vlak kan
het startgedrag van de helikopter onder
bepaalde omstandigheden negatief
worden beïnvloed.
• Beweeg de regelaars altijd langzaam en
met gevoel.
• Houd steeds de helikopter in het oog,
kijk niet naar de zender!
• Beweeg de liftkrachtregelaar weer een
beetje naar beneden zodra de helikopter
loskomt van de grond. Gebruik de
liftkrachtregelaar om de vlieghoogte te
handhaven.
• Beweeg de liftkrachtregelaar weer iets
naar boven als de helikopter daalt.
• Beweeg de liftkrachtregelaar iets naar
beneden als de helikopter stijgt.
• Het is vaak al genoeg om de richtings-
regelaar een heel klein beetje in de
gewenste richting te tikken om een
bocht te maken. De eerste keren dat
met de helikopter wordt gevlogen, heeft
men meestal de neiging de regelaars te
heftig te bedienen. Beweeg de rege-
laars altijd langzaam en voorzichtig, in
geen geval snel en schokkerig.
• Beginners kunnen na het afstellen
van de trim het best eerst de beheer-
sing van de liftkrachtregelaar oefenen.
De helikopter hoeft aanvankelijk niet per
se rechtuit te vliegen. Het is beter om
eerst te proberen een constante hoogte
van ongeveer een meter boven de
grond te handhaven door de liftkrachtre-
gelaar steeds kortstondig aan te raken.
Oefen daarna pas met het naar links en
rechts sturen van de helikopter.
DE GESCHIKTE VLIEGOMGEVING:
De plaats waar u met de helikopter vliegt, moet voldoen aan de volgende criteria:
• Het moet een gesloten ruimte zijn, waar het windstil is. Zorg er indien mogelijk voor,
dat er geen luchtstromen worden veroorzaakt door airconditioning, warmtestralers, enz.
• De ruimte moet ten minste 10 meter lang, 6 meter breed en 3 meter hoog zijn.
• Er mogen zich geen storende voorwerpen in de ruimte bevinden (ventilatoren,
lampen enz.).
• Verzeker u er vóór het starten in ieder geval van, dat alle levende wezens, inclusief
de piloot, zich op meer dan 1 à 2 meter van de vliegmachine bevinden wanneer
deze opstijgt.
• Houd de helikopter steeds in het oog, zodat deze niet tegen de piloot, andere
mensen of dieren aanvliegt en hen letsel toebrengt.
LET OP!
Het is sinds 2005 verplicht verzekerd te zijn voor modelvliegtuigen en -helikopters
waarmee buiten gevlogen wordt. Neem contact op met uw aansprakelijkheids-
verzekeraar en verzeker u ervan, dat uw nieuwe en vorige modellen door deze
verzekering worden gedekt. Laat een schriftelijke bevestiging opmaken en bewaar
deze goed. Als alternatief biedt de Deutsche Modellflieger Verband (DMFV,
Duitse modelvliegers-vereniging) op internet onder www.dmfv.aero een gratis
proeflidmaatschap incl. verzekering aan.
8 De rOTOrBlaDeN VerVaNgeN
Ga als volgt te werk als de rotorbladen van de helikopter beschadigd zijn geraakt
en u deze moet vervangen:
8A
Let er bij de montage op, dat u de rotorbladen niet verwisselt. De rotorbladen
zijn gemarkeerd met "1", "2", "3" en "4" (zie afb.). Rotorbladen van het type "1" en "3"
worden boven gemonteerd, rotorbladen van het type "2" en "4" onder.
8B
Draai de schroef voorzichtig uit het rotorblad met een kruiskopschroevendraaier.
8C
Trek het rotorblad voorzichtig uit de houder.
8D
Steek het nieuwe rotorblad voorzichtig in de houder en draai de schroef vast.
Let op:
Draai de schroef niet te vast aan. Het rotorblad moet wat speling hebben.
PrOBleeMOPlOSSINg
Probleem: De rotorbladen bewegen niet.
Oorzaak:
• De ON/OFF-schakelaar staat op "OFF".
• De accu is te zwak of leeg.
• De helikopter is niet gereed.
Oplossing:
• Zet de ON/OFF-schakelaar op "ON".
• Laad de accu op
• Beweeg de schuifregelaar eenmaal naar vol gas en dan terug
naar nul; wacht 5 seconden.
Probleem: De helikopter stopt zonder zichtbare oorzaak tijdens de vlucht
en verliest hoogte.
Oorzaak:
• De accu is te zwak.
• De infraroodverbinding wordt gestoord (bijv. door te
heldere verlichting).
Oplossing:
• Laad de accu op.
• Zorg ervoor dat de infraroodverbinding intact blijft, verander
evt. van positie.
Probleem: De helikopter is stuurloos.
Oorzaak:
• De signaaloverdracht wordt gestoord door een andere infraroodbron.
• De signaaloverdracht wordt gestoord door te sterke lichtstraling.
Oplossing:
• Vermijd mogelijke storende infraroodbronnen of schakel ze uit.
• Gebruik de helikopter op een andere plek.
Probleem: De helikopter draait alleen nog naar links of naar rechts
om zijn eigen as.
Oorzaak:
• De besturing is teveel naar links of naar rechts getrimd, bijv.
doordat de verkeerde trimtoets is ingedrukt of een trimtoets
continu is ingedrukt.
Oplossing:
• Herstellen van de trim door herhaaldelijk, meermalig indrukken
van de trimknop van de tegengestelde richting.