150
NEDERLANDS
NORMEN DIE TIJDENS HET WERK GEVOLGD MOETEN WORDEN
Geen touw, ijzerdraad, water e.d. opzuigen.
Voor volumineuze en lichte voorwerpen (papier, bladeren enz.) de voorfl ap van de veegmachine opheffen
met behulp van pedaal 2 (fi g.1); doe dit alleen op het moment dat u dergelijke voorwerpen opvegen wil.
De fi lters regelmatig schudden met behulp van schakelaar 14 stand B (fi g.1).
Als op het terrein dat gereinigd moet worden, vloeistof ligt, gebruikt u schakelaar 14 op stand “N” (fi g.1) voor
het uitschakelen van de ventilatoraanzuiging, dit om te voorkomen dat de aanzuigfi lters verstopt raken.
Geen brandende of smeulende sigarettenpeuken of ander materiaal opzuigen.
Wanneer veel stof aanwezig is, een eerste reinigingsfase uitvoeren met alleen de hoofdborstel. Onbevoe-
gden mogen niet dichtbij de machine komen, denk hierbij vooral om kinderen.
De machine mag alleen gebruikt worden door operators die toestemming hebben van de beheerder van de
machine en die kennis genomen hebben van de inhoud van deze handleiding.
Deze bedieners dienen lichamelijk en geestelijk geschikte personen te zijn die niet onder invloed staan van
alcohol, drugs of medicijnen. Wees er zeker van dat:
-
zich op de machine geen VREEMDE voorwerpen bevinden (gereedschap, lappen enz)
-
de machine na het starten geen vreemde geluiden maakt: indien dit wel het geval is, de veegmachine
onmiddellijk uitzetten en de oorzaak van de storing nagaan
-
alle beveiligingen correct gesloten zijn.
NORMEN VOOR ONDERHOUD
De motor altijd uitzetten tijdens reiniging of onderhoud van de machine of bij vervanging van onderdelen.
Geen open vuur gebruiken, geen vonken veroorzaken, niet roken bij de brandstoftank wanneer de vuldop ve-
rwijderd is
ATTENTIE!
Onderhoud, revisie of reparatie dient alleen uitgevoerd te worden door gespecialiseerd personeel of
door een bevoegd servicecentrum.
ONDERHOUD
(FIG.5 - 1/2)
MOTOR
De instructies uit het boekje GEBRUIK EN ONDERHOUD van de motor nauwkeurig opvolgen.
Elke 8-10 uur het oliepeil van de motor controleren met behulp van peilstok 5.
Oliefi lter 2 vervangen en de motorolie door afvoerleiding 6 laten afl open en vervangen (zie tabel: “
onderhoudsprogramma
”).
CONTROLES OP DE MOTOR
1. Dieseloliefi lter (DIESEL versies)
2. Motoroliefi lter (DIESEL, BENZINE, BENZINE-LPG versies)
3. Radiatordop motorkoelvloeistof (of BOXER D)
4. Luchtfi lter motor
5. Oliepeilstok
6. Afvoerleiding motorolie
7. Expansievat (of SUPER BOXER D - BOXER SK)
VOEDING MOTOR
Elke 250 werkuren dieseloliefi lter vervangen (DIESEL versies)
MOTORKOELING
Elke 10 werkuren de motorkoelvloeistof controleren door dop 3 (BOXER D) of expansievat 7 (in de versie SUPER BOXER D en BOXER SK).
Содержание 38.00.128
Страница 2: ...WWW RCM IT ...
Страница 166: ...166 FIG 2 FIG 3 1 1 2 ...
Страница 171: ...171 FIG 6 1 4 3 2 5 FIG 7 1 2 A A FIG 8 2 1 ...
Страница 172: ...172 FIG 9 1 2 5 4 4 5 CM 6 7 FIG 10 1 1 3 4 2 2 1 ...
Страница 173: ...173 FIG 11 2 4 3 1 FIG 12 1 2 6 7 8 3 4 9 10 11 5 A B ...
Страница 174: ...174 FIG 13 FIG 14 1 2 1 2 3 4 ...
Страница 175: ...175 FIG 15 3 4 5 2 1 FIG 16 1 2 3 ...
Страница 176: ...176 FIG 17 1 1 2 3 4 5 6 1 ...
Страница 177: ...177 FIG 18 1 2 3 3 ...