BEDIENING
3
Het eerste gebruik
■
Kookplaat inschakelen
Voordat u de kookplaat definitief in gebruik
gaat nemen dient elk element gedurende 3
à 4 minuten op de hoogste stand te worden
ingeschakeld zonder dat er een pan op
wordt geplaatst.
Elk kookelement is door de fabrikant
voorzien van een speciale roestwerende
laag. Als de kookplaat voor de eerste maal
sterk verhit wordt, zult u een schroeilucht
waarnemen. Dit is normaal.
Toestelinformatie
De kookelementen zijn vervaardigd van
gietijzer. De warmte wordt verkregen door
gloeispiralen die ringsgewijs in het element
liggen.
De warmte wordt door direkte geleiding aan
de panbodem afgegeven. Elk element is gevat
in een roestvrijstalen afsluitrand.
Bij gebruik van een of meerdere kookplaten
gaat op het bedieningspaneel de kontrolelamp
aan.
Pannen zijn belangrijk
(Fig. 3)
De beste bodemdikte is:
Bij roestvrijstalen pannen
4 - 6 mm.
Bij staal-emaille pannen
2 - 3 mm.
■
De diameter van de panbodem moet de
kookzone volledig afdekken.
■
De bodem van de koude pan moet
enigszins naar binnen getrokken zijn, want
bij verhitting van de pan volgt uitzetting van
de bodem en sluit de pan goed aan op de
kookplaat. Op deze wijze wordt de warmte
optimaal doorgegeven.
Pannen waarmee reeds eerder op een
gaskookplaat is gekookt, zijn niet meer
geschikt voor elektrisch koken. Zorg dat de
panbodem én kookplaat droog zijn. Gebruik
altijd een deksel tijdens het koken i.v.m.
energieverlies.