72
NL
BE
a) Houd het elektrisch werktuig goed vast
en breng uw lichaam en armen in een
positie, waarin ze de terugslagkrachten
kunnen opvangen. Gebruik steeds de
extra greep, indien aanwezig, om een
zo groot mogelijke controle te hebben
over terugslagkrachten of reactiemo-
menten in de versnellingsmodus. De
gebruiker kan met geschikte voorzorgs-
maatregelen de terugslag- en reactie-
krachten beheersen.
b) Breng uw hand nooit in de buurt van
roterende aan te sluiten werktuigen.
Het werktuig kan bij een terugslag over
uw hand bewegen.
c) Mijd met uw lichaam de zone, waarin
het elektrische werktuig bij een terug
-
slag wordt bewogen. De terugslag
drijft het elektrische werktuig in de
tegenovergestelde richting van de slijp
-
schijf aan de blokkeerplaats.
d) Werk bijzonder voorzichtig in de buurt
van hoeken, scherpe randen enz. Ver-
mijd dat werktuigen van het werkstuk
terugslaan en klem komen te zitten. Het
roterende aan te sluiten werktuig neigt
ertoe bij hoeken, scherpe randen of als
het terugslaat, geklemd te raken. Dit
veroorzaakt een verlies van controle of
een terugslag.
e) Gebruik geen kettingzaagblad of
getand zaagblad. Zulk gereedschap
veroorzaakt vaak een terugslag of het
verlies van controle over het elektrisch
werktuig.
Bijzondere veiligheidsinstruc
-
ties voor het slijpen en het
doorslijpen
a) Gebruik uitsluitend de voor uw elek-
trisch werktuig toegelaten slijpmiddelen
en de voor deze slijpmiddelen voorzie
-
ne beschermkap. Slijpmiddelen die niet
bedoeld zijn voor het elektrische werk
-
tuig, kunnen niet voldoende worden
afgeschermd en zijn niet veilig.
b) Verkropte slijpschijven moeten zo voor
-
gemonteerd worden, dat hun slijpvlak
niet uitsteekt over het vlak van de be-
schermkaprand. Een onvakkundig ge-
monteerde slijpschijf die over het vlak
van de beschermkaprand uitsteekt, kan
niet voldoende afgeschermd worden.
c) De beschermkap moet veilig aan het
elektrische werktuig zijn aangebracht
en zodanig zijn ingesteld, dat een
maximale veiligheid wordt bereikt,
d.w.z. het kleinst mogelijke deel van
het slijpmiddel wijst open naar de ge
-
bruiker. De beschermkap moet de ge-
bruiker beschermen tegen brokstukken
en toevallig contact met het slijpmiddel.
d) Slijpmiddelen mogen alleen worden
gebruikt voor de aanbevolen gebruiks-
doeleinden. Bij wijze van voorbeeld:
Slijp nooit met de zijkant van de door
-
slipschijf. Doorslipschijven zijn bestemd
voor het afsnijden van materiaal met
de rand van de schijf. Door zijdelingse
krachtinwerking op deze slijpmiddelen
kunnen ze breken.
e) Gebruik steeds onbeschadigde span-
flenzen van de juiste grootte en vorm
voor de door u gekozen slijpschijf. Ge
-
schikte flenzen ondersteunen de slijp
-
schijf en reduceren zo het risico op een
breuk van de slijpschijf. Flenzen voor
doorslipschijven kunnen zich onder
-
scheiden van de flenzen voor andere
slijpschijven.
f) Gebruik geen versleten slijpschijven
van grotere elektrische werktuigen.
Slijpschijven voor grotere elektrische
werktuigen zijn niet ontworpen voor de
hogere toerentallen van kleinere elektri-
sche werktuigen en kunnen breken.
Содержание 351903_2007
Страница 3: ...3 1 2 3 4 8 7 5 6 9 12 10 2 13 11 5 5a 5a ...
Страница 177: ...177 ...
Страница 187: ...187 ...
Страница 189: ...189 ...