Hoewel de pompen zijn voorzien van aardingen, moeten die worden
aangesloten op een potentiaalvereffening in het elektrische net alvorens die te
starten. De potentiaalvereffeningsaansluiting wordt met het volgende symbool
aangeduid. In geval van twijfel gelieve een elektriciteitsspecialist te raadplegen.
Installatie
De pomp en de bedrading moeten worden geïnstalleerd door geschoold
personeel volgens de lokale veiligheidsnormen.
De pomp moet worden aangesloten volgens de aanwijzingen in de
filterhandleiding.
De pomp moet uit de buurt van bijtende of ontvlambare chemische
produkten worden geplaatst en op een afstand van minstens 3 meter (met
het filtreersysteem) van het zwembad.
Voorzichtig:
De pomp moet worden geplaatst in Zone 2 (normaal gezien op minstens 2
meter afstand van het zwembad) en de aansluiting op de energietoevoer van de
pomp in Zone 3 (normaal gezien op minstens 3,5 meter afstand van het
zwembad), in overeenstemming met de internationale norm: Elektrische
installaties van gebouwen - Deel 7: Bepalingen voor bijzondere installaties,
ruimten en terreinen – Zwembaden en soortgelijke Bassins. (IEC 60364-7-702)
Plaats de eenheid ver uit de buurt van het zwembad zodat de pomp niet
wordt blootgesteld aan opspattend water en regen.
Zorg voor voldoende toegang tot de filter en slangaansluiting en wees er
zeker van dat het kleplabel zichtbaar is.
WAARSCHUWING:
Het filtreersysteem mag niet gebruikt worden zonder
de installatie van een muur- of oppervlakteskimmer die de grotere vuilresten
zoals bladeren, takken, enz., die de filter zouden kunnen blokkeren, volledig
kan vangen. De pomp kan gemakkelijk beschadigd geraken door grote
afvalresten, en de garantie dekt deze schade niet.
ELEKTRISCHE WAARSCHUWING!
De motor moet op een aarding worden
aangesloten alvorens die op de elektrische voedingsbron aan te sluiten. Indien
men die niet op een aarding aansluit loopt men het risico op zware of dodelijke
elektrische ontladingen. De aarding mag niet op een gastoevoerleiding worden
aangesloten.
De gebruiker moet beoordelen en zorgen voor de effectiviteit van de
aardingsinstallatie van het gebouw. In dit geval moet een daartoe bevoegd en
gekwalificeerd persoon de installatie van het gebouw te inspecteren.
Om elektrische ontladingen te vermijden moet men de motor uitzetten
alvorens aan de elektrische aansluitingen te gaan werken.
Indien de aardlekschakelaar afspringt, dan duidt dit op een elektrisch
probleem. Als dat niet kan worden terugsteld, moet men een elektricien
raadplegen om het elektrische systeem te inspecteren en te repareren.
Содержание SPS25
Страница 1: ......