NL
10
– Nederlands
Tweede niveau:
Als voorbeeld geven wij de reeks handelingen die nodig is om de fabrieksinstelling van de parameters te wijzigen en de “
Pauzeduur
” te
verlengen naar 60 sec. (ingang op L1 en niveau op L5) en de “
Motorkracht
” voor lichte hekken te verminderen (ingang op L5 en niveau op L2).
01.
Druk op de toets “
Set
” en houd hem ongeveer 3 seconden ingedrukt.
02.
Laat de toets los zodra de led
L1
gaat knipperen.
03.
Druk op de toets “
Set
” en houd die ingedrukt; de toets “
Set
” dient tijdens de stappen 5 en 6 voortdurend ingedrukt te
blijven.
04.
Wacht ongeveer 3s tot het ledlampje
L3
gaat branden dat het actuele niveau van de “Pauzeduur” vertegenwoordigt.
05.
Druk 2 maal op de toets
t
om het brandende ledlampje te verplaatsen naar
L5
dat de nieuwe waarde van de
“Pauzeduur” vertegenwoordigt.
06.
Laat de toets “
Set
” los.
07.
Druk 4 maal op de toets
t
om het knipperende ledlampje te verplaatsen naar
L5
;
08.
Druk op de toets “
Set
” en houd die ingedrukt; de toets “
Set
” dient tijdens de stappen 9 en 10 voortdurend ingedrukt
te blijven.
09.
Wacht ongeveer 3s tot het ledlampje
L5
gaat branden dat het actuele niveau van de “Motorkracht” vertegenwoordigt.
10.
Druk 3 maal op de toets
s
om het brandende ledlampje te verplaatsen naar het ledlampje
L2
dat de nieuwe waarde
van de “Motorkracht” vertegenwoordigt.
11.
Laat de toets “
Set
” los.
12.
Wacht 10s om de programmering wegens het verstrijken van de maximale tijdsduur te verlaten.
L5
L2
10 s
SET
3 s
L5
SET
SET
L1
L5
SET
3 s
SET
L3
3 s
SET
VERDERE DETAILS
9
9.1 - Toevoegen of verwijderen van inrichtingen
U kunt op elk gewenst moment een inrichting aan een automatisering met
SLIGHT toevoegen of er een uit verwijderen. Met name op “BlueBUS” en de
ingang “STOP” kunnen verschillende soorten inrichtingen worden aangesloten
zoals dat in de volgende paragrafen aangegeven is.
Nadat er inrichtingen zijn toegevoegd of verwijderd, is het noodzakelijk
een herkenningsprocedure voor inrichtingen uit te voeren zoals dat in
paragraaf “9.1.6 Herkennen van andere inrichtingen” beschreven is.
9.1.1 - BlueBUS
BlueBUS is een techniek waarbij het mogelijk is alle compatibele inrichtingen
slechts met twee draden aan te sluiten waarover zowe de elektrische stroom
als de communicatiesignalen lopen. Alle inrichtingen worden parallel aange
-
sloten op dezelfde 2 draden van BlueBUS en zonder dat daarbij de polari
-
teit in acht genomen moet worden; elke inrichting wordt afzonderlijk herkend
omdat haar tijdens de installering een eenduidig adres wordt toegekend. Op
BlueBUS kunnen bijvoorbeeld fotocellen, veiligheidsinrichtingen, bedienings
-
knoppen, signaleringslampjes enz. aangesloten worden. De besturingseenheid
van SLIGHT herkent alle aangesloten inrichtingen één na één via een adequate
herkenningsprocedure en is in staat om met de grootst mogelijke zekerheid
alle eventuele anomalieën te detecteren. Steeds wanneer er een aan BlueBUS
gekoppelde inrichting wordt toegevoegd of verwijderd, dient er daarom een
herkeningsprocedure in de besturingseenheid uitgevoerd te worden zoals dat
in paragraaf “9.1.6 Herkennen van andere inrichtingen” beschreven wordt.
9.1.2 - Ingang STOP
STOP is de ingang die onmiddellijke onderbreking de manoeuvre veroorzaakt
(met een kortstondige omkering). Op deze ingang kunnen de inrichtingen met
uitgang met normaal open contacten “NA” aangesloten worden, maar ook
inrichtingen met normaal gesloten contacten “NC” of inrichtingen met een uit
-
gang met constante weerstand 8,2K
Ω
, zoals bijvoorbeeld de contactlijsten.
Zoals voor BlueBUS herkent de besturingseenheid het soort inrichting dat tij
-
dens de herkenningsfase op de ingang STOP is aangesloten (zie paragraaf
“9.1.6 Herkennen van andere inrichtingen”); daarna wordt er een STOP veroor
-
zaakt indien er zich een wijziging ten opzichte van de herkende staat voordoet.
Door het uitvoeren van de juiste handelingen kunt u op de STOPingang meer
dan één inrichting aansluiten, ook al zijn die niet van het hetzelfde type:
• Er kunnen meerdere NO inrichtingen parallel op elkaar aangesloten worden
zonder beperking van het aantal daarvan.
• Er kunnen meerdere NC inrichtingen serieel op elkaar aangesloten worden
zonder beperking van het aantal daarvan.
• Twee inrichtingen met een uitgang met constante weerstand van 8,2K
Ω
kunnen parallel geschakeld worden; als er meer dan twee inrichtingen zijn,
moeten alle inrichtingen via een “cascadeschakeling” op één enkele eind
-
weerstand van 8,2K
Ω
aangesloten worden.
• Een combinatie van NA en NC is mogelijk door de 2 contacten parallel te scha
-
kelen en met contact NC serieel een weerstand van 8,2K
Ω
te verbinden (en
dus is ook de combinatie van de 3 inrichtingen mogelijk: NA, NC en 8,2KΩ).
LET OP: indien de ingang STOP gebruikt wordt om inrichtingen met
een veiligheidsfunctie aan te sluiten, garanderen alleen die inrichtingen
welke een uitgang met een constante weerstand van 8,2K
Ω
hebben, de
veiligheidscategorie 3 tegen storingen volgens de norm EN 954-1.
9.1.3 - Fotocellen
Het systeem “BlueBUS” biedt de mogelijkheid de besturingseenheid via adres
-
sering met speciale jumpers de fotocellen te laten herkennen en de correcte
detectiefunctie toe te kennen. Adressering dient zowel op TX als op RX uit
-
gevoerd te worden (waarbij de jumpers op dezelfde manier geplaatst moeten
worden); hierbij dient u na te gaan of er geen andere stellen fotocellen met
hetzelfde adres bestaan.
Het is mogelijk om voor automatisering voor schuifhekken met SLIGHT fotocel
-
len te installeren volgens de specificaties in tabel 9 en afb. A.
Na het installeren of verwijderen van fotocellen dient er een herkeningspro
-
cedure in de besturingseenheid uitgevoerd te worden zoals dat in paragraaf
“9.1.6 Herkennen van andere inrichtingen” beschreven is.
TABEL 9 - ADRESSEN VAN DE FOTOCELLEN
Fotocel
Bruggen
FOTO
Externe fotocel h = 50
met activering in sluitbeweging
FOTO II
Externe fotocel h = 100
met activering in sluitbeweging
FOTO 1
Interne fotocel h = 50
met activering in sluitbeweging
FOTO 1 II
Interne fotocel h = 100
met activering in sluitbeweging
FOTO 2
Externe fotocel met activering in openingsbeweging
FOTO 2 II
Interne fotocel met activering in openingsbeweging
FOTO 3
Eén fotocel die de hele automatisering dekt
OPGELET
– De installatie van FOTO 3 samen met FOTO II vereist dat de
positie van de bestanddelen van de fotocel (TX - RX) rekening houdt met
de waarschuwing vermeld in het instructiehandboek van de fotocellen.
Содержание SLH400
Страница 3: ...II 6 7 10 9 8 1 2 11 1 2 ...
Страница 5: ...IV 15 16 ...
Страница 7: ...VI 20 ...
Страница 8: ...VII 21 ...
Страница 28: ......
Страница 48: ......
Страница 68: ......
Страница 88: ......
Страница 108: ......
Страница 128: ......
Страница 148: ...IS0245A01MM_31 03 2015 www niceforyou com Nice SpA Oderzo TV Italia info niceforyou com ...