NL
54
1740260
ASSEMBLAGE
Lees en volg de assemblage
−
en
instelinstructies voor uw sneeuwblazer. Alle
bevestigingen zitten in de zak met onderdelen.
Werp geen onderdelen of materialen weg totdat
het toestel geassembleerd is.
WAARSCHUWING: Vóór het
uitvoeren van assemblage of
onderhoud aan de sneeuwblazer,
dient u de kabel van de bougie te
verwijderen.
OPMERKING: In dit instructieboek,
beschrijven links en rechts de lokatie van
een onderdeel vanuit de positie van de
gebruiker achter het toestel.
OPMERKING: Draaimoment wordt gemeten
in foot pounds (metrisch N.m). Deze meting
beschrijft hoe sterk een moer of een bout
moet aangespannen zijn. Het draaimoment
wordt gemeten met een torsiesleutel.
OPMERKING: Illustraties bevinden zich op
pagina 2 en op pagina’s 3 tot 6.
Vereist gereedschap
1
Mes
1
Nijptang
Hoe de sneeuwblazer uit de doos halen
1. Zoek waar het oliereservoir zich bevindt en
verwijder het.
2. Neem alle afzonderlijk verpakte onderdelen
uit de doos.
3. Verwijder het verpakkingsmateriaal rond de
sneeuwblazer.
4. Snij de vier hoeken van de doos open en
plooi de zijpanelen naar beneden.
5. Neem de onderste hendel vast en trek de
sneeuwblazer uit de doos.
OPGEPAST: Kabels NIET te sterk buigen.
6. Verwijder het verpakkingsmateriaal van de
hefboominrichting. Verwijder het onderste
inzetstuk van de as.
Hoe de hendel assembleren
1. Verwijder het verpakkingsmateriaal van de
bovenste en de onderste hendels.
2.
(Figuur 2)
Draai de
knoppen (1)
los aan
elke kant van de
hendel (2)
.
3. Plaats de bovenste
hendel (2)
omhoog in
werkpositie. Houd de bovenste
hendel (2)
uit
de buurt van de onderste hendel zodat deze
niet bekrast wordt.
OPMERKING: Zorg dat de
vijzelaandrijfkabel niet geklemd zit tussen
de bovenste en de onderste hendel.
4. Draai de
knoppen (1)
vast.
Hoe de motor bedrijfsklaar te maken
WAARSCHUWING: Volg de
instructies van de motorfabrikant
voor het type brandstof en olie dat
moet worden gebruikt. Gebruik altijd een
veiligheidsbrandstofbus. Niet roken tijdens
het vullen van de brandstoftank. In een
afgesloten ruimte mag u de brandstoftank
niet bijvullen. Schakel de motor uit,
voordat u brandstof bijvult. Laat de motor
enkele minuten afkoelen.
Raadpleeg de instructies van de motorfabrikant
voor het type brandstof en olie dat moet worden
gebruikt. Vóór gebruik van het toestel, dient u de
informatie over veiligheid, bediening, onderhoud
en opslag te lezen.
OPMERKING: Motor
−
PK
−
vermogen kan
variëren afhankelijk van de afstelling van de
motor, de productvarianten, de werkhoogte,
de atmosferische omstandigheden, de
gebruikte brandstof en het onderhoud.
Voeg olie bij in de motor
(Figuur 3)
OPMERKING: De motor kan al een beetje
resterende olie bevatten. Controleer frequent
tijdens het vullen van het motorcarter. NIET
te veel olie bijvullen.
De sneeuwblazer werd geleverd samen met een
bus van 5W30 motorolie. De olie moet in de
motor worden gegoten vóór gebruik van het
toestel.
1. Zorg dat het toestel vlak staat.
2. Verwijder de
olievuldop/peilstok (1)
en vul
het motorcarter tot aan het „
FULL
”
(VOL)
merkteken op de peilstok.
NIET
te veel olie
bijvullen.
3. Draai de
olievuldop/peilstok (1)
stevig vast
telkens u het oliepeil controleert.
OPMERKING: Synthetische olie kan helpen
tijdens het starten bij extreem koude
temperaturen. Synthetische 5W30 is geschikt
voor alle temperaturen. GEEN olie met
benzine mengen.
Benzine bijvullen in de motor
Deze motor is gecertificeerd om op benzine te
lopen. Uitlaatemissie controlesysteem: EM
(Engine Modifications) (motormodificaties)
WAARSCHUWING: Brandstoffen
vermengd met alcohol (gasohol
genaamd of brandstoffen met
ethanol of methanol) kunnen vocht
aantrekken wat leidt tot afscheiding en
vorming van zuren tijdens de opslag.
Zuurvormend gas kan het
motorbrandstofsysteem beschadigen
tijdens de opslag.
OPMERKING: Om problemen te vermijden,
moet het brandstofsysteem geledigd worden
vóór opslag gedurende 30 dagen of langer.
Start de motor en laat hem lopen totdat de
brandstofleidingen en de carburator leeg
zijn. Gebruik volgend seizoen verse
brandstof. Zie de opslagsectie in deze
handleiding voor bijkomende informatie.
Vul de brandstoftank uitsluitend met verse,
zuivere, ongelode gewone, ongelode super
benzine of autobenzine met een nieuwe
samenstelling met een minimum van 85 octaan.
GEEN
loodhoudende benzine gebruiken. Zorg
dat de bus waaruit u de benzine giet, zuiver is
en dat er geen roest of andere vreemde deeltjes
in zitten. Gebruik nooit benzine die gedurende
lange tijd in de bus werd bewaard.
Vóór het eerste gebruik
Vóór u uw sneeuwblazer de eerste keer
gebruikt, dient u de navolgende checklist af te
lopen:
G
Zorg dat alle assemblage
−
instructies zijn
uitgevoerd.
G
Zorg dat de afvoerstroom vrij is.
G
Zorg dat er geen losse onderdelen in de
doos achterblijven.
Terwijl u leert hoe u de sneeuwblazer op
correcte wijze moet gebruiken, dient u extra te
letten op de navolgende belangrijke punten.
G
Zorg dat de motorolie zich op het correcte
peil bevindt. Voor het type motorolie dat dient
te worden gebruikt, raadpleegt u de
handleiding van de motorfabrikant.
G
Zorg dat de brandstoftank wel degelijk
gevuld is met zuivere, verse, ongelode
benzine met een minimum van 85 octaan.
G
Maak u vertrouwd met de lokatie van alle
bedieningsorganen en zorg dat u de functie
er van kent.
G
Vooraleer de motor te starten, dient u te
zorgen dat alle bedieningsorganen correct
functioneren.
BEDIENING
OPMERKING: Illustraties bevinden zich op
pagina 2 en op pagina’s 3 tot 6.
OPGEPAST: Gebruik enkel accessoires en
toebehoren die goedgekeurd zijn door de
fabrikant van de sneeuwblazer (zoals
bandenkettingen, elektrische startkits, enz.).
Ken uw sneeuwblazer
(Figuur 1)
Lees deze gebruikshandleiding en
veiligheidsrichtlijnen voordat u met de
sneeuwblazer begint te werken. Vergelijk de
tekening met uw sneeuwblazer zodat u
vertrouwd raakt met de lokatie van de
verschillende bedieningsorganen en
afstellingen.
Hoe het wegblazen van de sneeuw te
controleren
WAARSCHUWING: Richt de
weggeblazen sneeuw nooit op
mensen die toekijken.
WAARSCHUWING: Schakel de
motor altijd uit voordat u de
afvoerstroom of de vijzelbehuizing
vrijmaakt en voordat u de sneeuwblazer
alleen achterlaat.
1.
(Figuur 1)
Draai aan het
krukmechanisme
(2)
om de richting van de weggeblazen
sneeuw te wijzigen.
2.
(Figuur 6)
Draai de
vleugelmoer (1)
los aan
de
stroomdeflector (2)
.
3. Plaats de
stroomdeflector (2)
omhoog voor
meer afstand of omlaag voor minder afstand.
4. Draai de
vleugelmoer (1)
vast.
Hoe sneeuw wegblazen
(Figuur 1)
1. Schakel de
hendel van de vijzelaandrijving
(5)
in.
2. Om te stoppen met het blazen, schakelt u de
hendel van de vijzelaandrijving (5)
uit.
WAARSCHUWING: Tijdens het
werken met een sneeuwblazer
kunnen vreemde voorwerpen in de
ogen worden geblazen, wat kan leiden tot
ernstig oogletsel. Draag altijd een
veiligheidsbril of oogbescherming tijdens
het werken met de sneeuwblazer. We
adviseren een standaard veiligheidsbril of
het gebruik van een veiligheidsmasker met
brede opening over uw bril.
Содержание 621401x61NB
Страница 2: ...2 1740260 2 3 5 8 12 9 4 14 1 22 ...
Страница 3: ...3 1740260 2 1 1 2 3 x 1 4 1 x 5 1 2 ...
Страница 4: ...4 1740260 1 2 2 6 1 7 5 2 1 7 8 9 1 1 1 1 1 2 2 2 2 2 4 3 10 2 3 1 4 4 5 11 3 4 ...
Страница 5: ...5 1740260 1 2 12 13 1 2 3 4 4 1 3 14 2 4 5 6 15 1 16 1 7 9 8 17 ...
Страница 6: ...6 1740260 1 7 6 18 3 4 4 5 2 2 2 2 8 9 9 1010 11 19 11 6 20 1 2 ...
Страница 194: ...194 1740260 ...
Страница 200: ...200 1740260 ...