73
6. Koelleidingwerk
Buitenste diameter
mm
inch
6,35
1/4
9,52
3/8
6,35
1/4
9,52
3/8
6,35
1/4
12,7
1/2
6,35
1/4
15,88
5/8
9,52
3/8
15,88
5/8
Leiding
Voor vloeistof
Voor gas
Voor vloeistof
Voor gas
Voor vloeistof
Voor gas
Voor vloeistof
Voor gas
Voor vloeistof
Voor gas
Model
SEZ-M25
SEZ-M35
SEZ-M50
SEZ-M60
SEZ-M71
Isolatie-
materiaal
Heat resisting
foam plastic
0,045 specific
gravity
Dikte van
isolatie
8 mm
8 mm
8 mm
8 mm
8 mm
8 mm
8 mm
8 mm
8 mm
8 mm
Minimale
muurdikte
0,8 mm
0,8 mm
0,8 mm
0,8 mm
0,8 mm
0,8 mm
0,8 mm
1,0 mm
0,8 mm
1,0 mm
6.3. Leidingen aansluiten
[Fig. 6-8] (P.4)
• Breng een dun laagje koelolie aan op het verbindingsvlak van de leiding.
• Voor de aansluiting moet u eerst het midden uitlijnen. Vervolgens draait u de
optrompmoer 3 tot 4 slagen aan.
• Gebruik de onderstaande tabel met aandraaimomenten als richtlijn voor het
verbindingspunt op de aansluitzijde van de binnenunit en draai de aansluiting vast
met twee sleutels. Wanneer u een optrompmoer te stevig aandraait, kan dit het
getrompte deel beschadigen.
6.1. Koelpijpen
[Fig. 6-1] (P.4)
a
Binnenapparaat
b
Buitenapparaat
Zie de gebruiksaanwijzing behorende bij het buitenapparaat voor het toegestane
hoogteverschil tussen de apparaten en voor de hoeveelheid aanvullend koelmiddel.
Vermijd de volgende plaatsen, omdat daar mogelijkerwijs problemen met de
airconditioner zullen optreden.
• Ruimten met veel olie, bijvoorbeeld machineolie of bakolie.
• Een zoute omgeving, zoals aan zee.
• De omgeving van warme bronnen.
• Plaatsen met zwavelgassen.
• Andere plaatsen met een bijzondere luchtgesteldheid.
• Deze eenheid heeft getrompte verbindingen aan zowel de binnenunit als de buiten-
unit. (Fig. 6-1)
• Isoleer zowel de koelstof- als de afvoerleiding volledig om condensvorming te voor-
komen.
Vervaardiging van leidingen
• Koelstofleidingen van 3, 5, 7, 10 en 15 m kunnen desgewenst worden gebruikt.
(1) Onderstaande tabel geeft de specificaties voor leidingen die in de handel verkrijg-
baar zijn.
(2) Controleer of de 2 koelleidingen goed geïsoleerd zijn zodat condensvorming wordt
voorkomen.
(3) De buigzaamheidsradius van de koelleiding moet 10 cm of meer zijn.
Voorzichtig:
Gebruik isolatie van de juiste dikte. Te dikke isolatie veroorzaakt plaatsgebrek
achter de binnenunit en te dunne isolatie kan leiden tot condensvorming.
6.2. Optrompen
• De belangrijkste oorzaak van gaslekken is een fout bij het optrompen.
Voer het optrompen op de volgende manier correct uit.
6.2.1. Leidingen snijden
[Fig. 6-3] (P.4)
a
Koperen leidingen
b
Goed
c
Niet goed
d
Scheef
e
Ongelijk
f
Bramen
• Snijd dme koperen leiding recht af met een pijpsnijder.
6.2.2. Bramen verwijderen
[Fig. 6-4] (P.4)
a
Braam
b
Koperen buis/leiding
c
Opruimer
d
Pijpsnijder
• Verwijder zorgvuldig alle bramen uit de doorsnede van de buis/leiding.
• Houd het uiteinde van de buis/leiding naar beneden om te voorkomen dat kopervijlsel
in de leiding vallen.
6.2.3. Moeren bevestigen
[Fig. 6-5] (P.4)
a
Optrompmoer
b
Koperen leiding
• Verwijder de optrompmoeren die aan de binnen- en buitenunit zijn bevestigd en
bevestig deze aan de buis/leiding nadat de bramen zijn verwijderd.
(Het is niet mogelijk deze na het optrompen te bevestigen.)
• Gebruik de flensmoer die aan dit binnenapparaat is bevestigd.
6.2.4. Optrompen
[Fig. 6-6] (P.4)
a
Trompgereedschap
b
Matrijs
c
Koperen leiding
d
Optrompmoer
e
Span
• Gebruik optrompgereedschap voor het optrompen (zie hieronder).
Houd de koperen leiding stevig vast in de matrijs met de maat uit bovenstaande tabel.
• In het geval dat de koelleidingen na loskoppeling opnieuw moeten worden
aangesloten, vervaardig dan het flensgedeelte van de leiding opnieuw.
6.2.5. Controleren
[Fig. 6-7] (P.4)
a
Rondom glad
f
Kras op het opgetrompte vlak
b
Binnenkant glimt overal, zonder krassen.
g
Gebarsten
c
Rondom even lang
h
Ongelijk
d
Te veel
i
Voorbeelden van ondeugdelijk optrompen
e
Scheef
• Vergelijk de opgetrompte leiding met de afbeelding rechts.
• Snijd het opgetrompte stuk af en tromp de leiding opnieuw op wanneer deze on-
deugdelijk is opgetrompt.
• In het geval dat de koelleidingen na loskoppeling opnieuw moeten worden
aangesloten, vervaardig dan het flensgedeelte van de leiding opnieuw.
Afmetingen
Leidingdiameter
A (mm)
(mm)
B (mm)
Type koppeling
6,35
0 – 0,5
9,1
9,52
0 – 0,5
13,2
12,7
0 – 0,5
16,6
15,88
0 – 0,5
19,7
+0
-0,4
Bij het gebruik van het
gereedschap voor R32/R410A
06_VZ79D586H02_NL.p65
17.11.13, 10:46
73
Содержание Mr.SLIM SEZ-M25DAL
Страница 115: ...115 1 2 1 1 m 2 5 m 2 MITSUBISHI ELECTRIC CORPORATION 2 2 3 m 10_VZ79D586H02_GR p65 17 11 13 10 54 115...
Страница 159: ......