85 NEDERLANDS
17.
Werk nooit boven heuphoogte.
18.
Nadat u het gereedschap hebt ingeschakeld,
wacht u tot het snijgarnituur een constant
toerental heeft bereikt alvorens het maaien te
starten.
19.
Bij gebruik van een metalen snijblad, zwaait u
het gereedschap gelijkmatig in halve cirkels
van rechts naar links, zoals een zeis wordt
gebruikt.
20.
Houd het elektrisch gereedschap alleen vast
bij het geïsoleerde oppervlak omdat het meta-
len snijblad met verborgen bedrading in aan-
raking kan komen.
Wanneer het metalen snijblad
in aanraking komt met onder spanning staande
draden, zullen de niet-geïsoleerde metalen delen
van het gereedschap onder spanning komen te
staan zodat de gebruiker een elektrische schok
kan krijgen.
21.
Schakel het gereedschap niet in wanneer
gemaaid gras verstrikt is geraakt rondom het
metalen snijblad.
22.
Alvorens het gereedschap in te schakelen, ver-
zekert u zich ervan dat het gereedschap niet
de grond of andere obstakels, zoals een boom,
raakt.
23.
Houd tijdens gebruik het gereedschap altijd
met twee handen vast. Houd het gereedschap
tijdens het gebruik nooit met slechts één hand
vast.
24.
Gebruik het gereedschap niet wanneer de kans
op bliksem bestaat.
25.
Als u het gereedschap op een modderige
ondergrond, natte helling of gladde plaats
gebruikt, let u erop dat u stevig staat.
26.
Vermijd werken in een ongunstige omgeving
waarin een verhoogde vermoeidheid van de
gebruiker kan worden verwacht.
27.
Gebruik het gereedschap niet bij slecht weer
waarin het zicht beperkt is.
Als u zich hier niet
aan houdt, kan dat een val of verkeerde bediening
veroorzaken als gevolg van het slechte zicht.
28.
Dompel het gereedschap niet onder in een
waterplas.
29.
Laat het gereedschap niet onbeheerd buiten in
de regen staan.
30.
Wanneer natte bladeren of vuil blijft kleven aan
de aanzuigmond (ventilatieopening) als gevolg
van de regen, verwijdert u deze.
31.
Gebruik het gereedschap niet in de sneeuw.
Snijgarnituren
1.
Gebruik geen snijgarnituur dat niet is aanbevo-
len door Makita.
2.
Gebruik een geschikt snijgarnituur voor de
geplande werkzaamheden.
— Nylondraad-snijkoppen (graskantmaaierkop
-
pen) en kunststof snijbladen zijn geschikt
voor het maaien van gazongras.
— Metalen snijbladen zijn geschikt voor het
maaien van onkruiden, hoog gras, struiken,
heesters, ondergroei, bosjes en dergelijke.
— Gebruik nooit andere snijbladen, waaronder
metalen meerdelige kettingen en vlegelmes-
sen. Dit kan leiden tot ernstig letsel.
3.
Gebruik uitsluitend een snijgarnituur dat is
gemarkeerd met een toerental dat gelijk is aan
of hoger is dan het toerental aangegeven op
het gereedschap.
4.
Houd altijd uw handen, gezicht en kleding uit
de buurt van het snijgarnituur wanneer dit
ronddraait.
Als u dit niet doet, kan persoonlijk
letsel ontstaan.
5.
Gebruik altijd de beschermkap van het snijgar-
nituur die geschikt is voor het snijgarnituur dat
u gebruikt.
6.
Voorkom bij gebruik van een metalen snijblad
dat terugslag kan optreden en wees altijd voor-
bereid op per ongeluk optredende terugslag.
Raadpleeg de tekst onder het kopje Terugslag.
7.
Als het gereedschap niet in gebruik is,
brengt u altijd de schede aan om het snijblad.
Verwijder de schede vóór gebruik.
Terugslag (stoot van het snijblad)
1.
Terugslag (stoot van het snijblad) is een plot-
selinge reactie op een klemmend of vastgelo-
pen metalen snijblad. Zodra dit optreed wordt
het gereedschap met grote kracht zijwaarts of
in de richting van de gebruiker geworpen en
kan het ernstig letsel veroorzaken.
2.
Terugslag treedt met name op wanneer u met
het snijbladsegment tussen 12 en 2 uur tegen
een hard voorwerp, struiken en takken met een
diameter van 3 cm of meer komt.
►
Fig.2
3.
Om terugslag te voorkomen:
1.
Gebruik het snijbladsegment tussen 8 en
11 uur.
2.
Gebruik nooit het snijbladsegment tussen
12 en 2 uur.
3.
Gebruik het snijbladsegment nooit tussen
11 en 12 uur en tussen 2 en 5 uur, behalve
indien de gebruiker goed opgeleid en erg
ervaren is en dit onder zijn/haar eigen
verantwoordelijkheid doet.
4.
Gebruik het metalen snijblad nooit dicht-
bij harde voorwerpen, zoals afrasterin-
gen, muren, boomstammen en stenen.
5.
Houd het metalen snijblad nooit verticaal
voor werkzaamheden zoals kanten snij-
den of heggen snoeien.
►
Fig.3
Trillingen
1.
Mensen met een slechte bloedsomloop die
worden blootgesteld aan sterke trillingen,
kunnen verwondingen aan bloedvaten of het
zenuwstelsel oplopen.
Trillingen kunnen de
volgende symptomen veroorzaken in de vingers,
handen of polsen: ‘Slapen’ (gevoelloosheid), tinte-
len, pijn, stekend gevoel, verandering van huids
-
kleur of van de huid. Als een van deze symptomen
zich voordoet, raadpleegt u uw huisarts!
2.
Om de kans op ‘witte-vingerziekte’ te verklei-
nen, houdt u uw handen warm tijdens het werk
en onderhoudt u het gereedschap en de acces-
soires goed.
Содержание UR201C
Страница 2: ...2 Fig 1 12 2 Fig 2 12 1 2 3 4 5 8 9 10 11 Fig 3 ...
Страница 3: ...3 6 15 13 6 7 7 8 8 9 9 10 10 11 13 12 UR201C UR101C 1 2 3 4 5 14 13 14 Fig 4 2 1 Fig 5 1 2 Fig 6 ...
Страница 5: ...5 1 Fig 15 1 2 Fig 16 1 Fig 17 1 2 Fig 18 1 2 4 3 6 5 Fig 19 1 2 Fig 20 Fig 21 Fig 22 ...
Страница 7: ...7 2 1 Fig 31 1 3 2 2 3 Fig 32 1 3 2 2 3 Fig 33 Fig 34 Fig 35 1 2 Fig 36 1 2 Fig 37 ...
Страница 9: ...9 1 2 Fig 46 1 2 Fig 47 1 2 3 Fig 48 1 2 3 Fig 49 1 Fig 50 C 9 A Fig 51 Fig 52 1 Fig 53 ...
Страница 10: ...10 1 Fig 54 1 Fig 55 ...
Страница 11: ...11 1 2 3 5 4 6 7 8 3 m 9 ft 80 mm 3 1 8 100 mm 3 15 16 Fig 56 ...
Страница 12: ...12 1 2 4 3 5 6 3 m 9 ft 100 mm 3 15 16 Fig 57 ...
Страница 13: ...13 1 2 3 4 5 6 7 8 3 m 9 ft 80 mm 3 1 8 100 mm 3 15 16 Fig 58 ...
Страница 14: ...14 4 5 m 15 ft 100 mm 3 15 16 Fig 59 ...
Страница 15: ...15 150 mm 5 29 32 1 mm 1 32 0 75 m 2 5 ft x 2 Fig 60 Fig 61 1 2 Fig 62 ...
Страница 175: ...175 ...