
NL- LET OP: Lees en begrijp deze gebruiksaanwijzing voordat het apparaat wordt
gebruikt.
A.
OMSCHRIJVING
Gordel voor werkplekpositionering is een apparaat die het lichaam in
valbeveiligingssystemen ondersteunt zoals in de norm EN 363 omschreven. Gordel is
bestemd om de vrije val van de gebruiker te voorkomen door het met de verbindingskabel
met het verankeringspunt of een vaste constructie te verbinden door het te omwikkelen en
de gebruiker na zijn spanning te ondersteunen.
Gordel voor werkplekpositionering is gecertificeerd en voldoet aan de norm EN 358. Het is
geschikt om met uitrusting voor werkplekpositionering te gebruiken. Gordel is voor gebruik
door de gebruiker met gereedschap en apparatuur tot 150 kg goedgekeurd.
Primair materiaal:
-
banden: polyester
-
verbindings-afstelklemmen: staal en aluminium
-
gespen: staal en aluminium
B.
TERMINOLOGIE
1.
Heupriem van de gordel voor werkplekpositionering.
2.
Zijgespen voor werkplekpositionering
3.
Verbindings-afstelgesp van de gordel voor werkplekpositionering.
4.
Kenmerk van het apparaat
5.
Gordelkussens.
6.
Achterste gesp voor werkplekpositionering.
7.
Gereedschapslussen - voor handgereedschap met een maximaal gewicht van 2
kg.
C.
AFMETING
De gordel voor werkplekpositionering is vervaardig in vier afmetingen:
- klein: S
- gemiddeld: M-XL
- groot: XXL
- zeer groot: XXL
D.
GORDEL AANTREKKEN
D.1
Alle gespen en riemen vinden.
D.2
Riemsteun op rug aantrekken en vervolgens de riemuiteinden naar voren rond de
heupen zetten. Pas op dat de riem niet verdraait.
D.3
Heupgesp bevestigen.
D.4
Riem vastmaken. Riemen moeten goed aan de heupen passen. Vrijen
riemuiteinde met kunststofafdekkingen beveiligen.
D.7
De zijgespen moeten symmetrisch aan beide zijden van de heupen liggen.
E.
VERBINDEN VAN GESPEN
F.
GORDEL AFSTELLEN
F.1
Vastmaken
F.2
Losmaken
G.
MARKERINGEN
a)
Symbool van het model;
b)
Type apparaat;
c)
Catalogusnummer;
d)
Maat van de gordel;
e)
Productiemaand en -jaar
f)
Serienummer van de gordel;
g)
Nummer/jaar van de Europese norm;
h)
CE-markering en nummer van de aangemelde instantie verantwoordelijk voor de
productie van het apparaat;
i)
Let op: lees voor gebruik de gebruiksaanwijzing zorgvuldig
j)
Maat van de heupgordel in cm;
k)
Aanduiding van de producent of distributeur
H. GORDEL AANSLUITEN
H.1.
SYSTEMEN VOOR WERKPLEKPOSTIONERING AANSLUITEN
Riem voor werkpositionering kan worden aangesloten op de zijbevestigingsgespen van de
gordel voor werkpositionering volgens EN 358. Riem voor werkplekpositionering moet
worden verankerd in een punt van de vaste constructie op of boven het heupniveau van
de gebruiker. De positioneringsriem moet tijdens gebruik strak blijven. Het is ten strengste
verboden de positioneringsgordel volgens EN 358 te gebruiken om tegen val te
beschermen. De gordel mag niet worden gebruikt als het een risico bestaat dat de
gebruiker wordt opgehangen of onbedoeld aan de spanning van heupgordel wordt
blootgesteld. Bij het gebruik tijdens het werk van het positioneringssysteem maakt de
gebruiker meestal gebruik van de apparatuur om te positioneren, het is dus van belang
om het gebruik van een beveiliging te overwegen bv. een valstopsysteem. Tijdens het
gebruik worden de bevestigings-afstellingselementen regelmatig gecontroleerd.
H.2
SYSTEEM VOOR HANGEND WERK AANSLUITEN
Het systeem voor hangend werk kan aan de gespen van de gordel voor
werkplekpositionering worden aangesloten. De lengte van de kabel voor hangend werk (L)
moet korter zijn dan de afstand tussen het verankeringspunt en de zone voor opvangen
van de val (R), zodat de gebruiker zich niet op plaatsen of posities kan bevinden waar het
risico op val van een hoogte bestaat. Het systeem voor hangend werk is niet bestemd om
de val van de hoogte op te vangen waarbij de gebruiker ondersteuning nodig heeft door
het ondersteuningsapparaat (bv. om te voorkomen dat het wegglijdt of valt).
I.
PERIODIEKE SERVICEBEURTEN
Ten minste eens per jaar, na elke 12 maanden van gebruik, dient een periodieke keuring
van het apparaat te worden uitgevoerd. De periodieke keuring kan door een bevoegde
persoon met de juiste kennis en opleiding op het gebied van persoonlijke
beschermingsmiddelen, worden uitgevoerd. De gebruiksomstandigheden van het
apparaat kunnen invloed hebben op de frequentie van de periodieke keuringen die vaker
dan na elke 12 maanden kunnen worden uitgevoerd. Elke periodieke keuring dient op de
gebruikskaart van het apparaat te worden genoteerd.
J
.
MAXIMALE LEVENSDUUR
Het apparaat mag 10 jaar vanaf de productiedatum worden gebruikt.
LET OP: De maximale gebruiksperiode van het apparaat is afhankelijk van de
gebruiksintensiviteit en -omgeving. Het gebruik van het apparaat in zware
omstandigheden, bij vaak contact met water, scherpe randen, bijtende stoffen, in extreme
temperaturen, kan ertoe leiden dat het apparaat zelfs na één gebruik buiten gebruik moet
worden gesteld.
K.
BUITEN GEBRUIK STELLEN
De harnasgordel dient buiten gebruik te worden gesteld en vernietigd (definitief) nadat een
val heeft opgevangen of de periodieke test niet hebben gehaald of twijfels over hun
betrouwbaarheid ontstaat.
L
BASISREGELS VOOR GEBRUIK VAN PERSOONLIJKE VALBEVEILIGING
de persoonlijke beschermingsmiddelen dienen uitsluitend te worden gebruikt door
personen geschoold op het gebied van het gebruik ervan.
de persoonlijke beschermingsmiddelen mogen niet worden gebruikt door personen wier
gezondheid invloed kan hebben op de veiligheid bij dagelijks gebruik of bij noodgeval.
er dient een plan van de reddingoperatie te worden voorbereid die wordt toegepast indien
nodig.
tijdens het hangen in de persoonlijke beschermingsmiddelen (bv. na het stoppen van de
val) op syndromen van letsel als gevolg van het hangen letten
om de negatieve effecten van het hangen te voorkomen, moet ervoor worden gezorgd dat
een geschikt noodplan wordt opgesteld. Het gebruik van steunbanden wordt aangeraden.
het is verboden om het apparaat op enige manier aan te passen zonder schriftelijke
toestemming van de fabrikant.
alle reparaties mogen uitsluitend door de fabrikant van het apparaat of zijn geautoriseerde
vertegenwoordiger worden uitgevoerd.
de persoonlijke beschermingsmiddelen mogen niet afwijkend worden gebruikt.
de persoonlijke beschermingsmiddelen mogen door één persoon worden gebruikt.
controleer vóór gebruik of alle elementen van de valbeveiliging systeem met elkaar goed
samenwerken. De sluitingen en aanpassing van de apparaatonderdelen ter voorkoming
van toevallig lossen of ontbinden periodiek controleren.
het is verboden om samenstellingen van beschermingsmiddelen te gebruiken waar het
functioneren van één onderdeel de werking van een ander verstoort.
vóór elk gebruik van persoonlijk beschermingsmiddel moet het grondig worden
geïnspecteerd om te verzekeren dat het apparaat in goede staat is en goed werkt
tijdens de visuele controle dienen alle elementen van het apparaat te worden
gecontroleerd met bijzondere aandacht voor enige beschadigingen, te veel slijtage,
corrosie, wrijfplekken, knipplekken en onjuiste werking. Bijzondere aandacht dient te
worden geschonken aan afzonderlijke apparaten:
-
in de harnasgordel en de riemen voor de juiste houding: gespen, afstelelementen,
bevestigingspunten (karabijnhakken), banden, naden, riemlussen;
-
in de valdempers: bevestigingslussen, band, naden, behuizing, verbindingen;
-
in de lijnen en de vezelgeleiders: lijn, hulzen, verbindingen, afstelelementen,
vlechten;
-
bij de kabels en stalen geleiders: lijn, draad, klemmen, lussen, hulzen, verbindingen,
afstelelementen;
-
bij de valstopapparaten: lijn of band, juiste werking van het wikkelmechanisme en het
vergrendelmechanisme, behuizing, valdemper, verbindingen;
-
bij de zelfklemmende apparaten: de behuizing van het apparaat, de juiste
verschuiving op de geleiding, de werking van het vergrendelmechanisme, rollen,
schroeven en klinknagels, verbindingen, de valdemper;
-
in metalen elementen (verbindingen, haken, klemmen) op het draagcorpus,
klinknagels, hoofdschoot, de werking van het vergrendelmechanisme.
tenminste eens per jaar, na 12 maanden gebruik, dienen de beschermingsmiddelen
buiten gebruik te worden gesteld voor nauwkeurige periodieke controle. De periodieke
keuring kan door een bevoegde persoon met de juiste kennis en opleiding op dat gebied,
worden uitgevoerd. De inspectie kan ook worden uitgevoerd door de fabrikant van de
apparatuur of door een geautoriseerde vertegenwoordiger van de fabrikant.
soms zijn de beschermingsmiddelen ingewikkeld geconstrueerd, zoals bv. de
valstopapparaten, mag de periodieke controle ervan uitsluitend door de fabrikant of zijn
geautoriseerde vertegenwoordiger worden uitgevoerd. Na de periodieke controle wordt de
datum van de volgende controle bepaald.
regelmatige periodieke keuring is van groot belang in verband met de toestand van het
apparaat en de veiligheid van de gebruiker, die van volledige efficiëntie en duurzaamheid
van het apparaat afhankelijk zijn.
tijdens de periodieke dient te worden gecontroleerd of alle markeringen van de
beschermingsmiddelen (elementen van dit apparaat) leesbaar zijn. Gebruik geen
apparaat met onleesbare markering.
van belang voor de veiligheid van de gebruiker is indien het apparaat buiten het land van
herkomst wordt verkocht, dient de leverancier het apparaat te voorzien in een
gebruiksaanwijzing, instructie voor onderhoud en informatie betreffende de periodieke
controles en reparaties van het apparaat in de taal van het land waar het apparaat wordt
gebruikt.
persoonlijke beschermingsmiddelen moeten onmiddellijk worden verwijderd en vernield
(of andere procedures in de gebruikershandleiding moeten worden toegepast) als deze