IKAR ANCHORAGE SLINGS, Инструкции по использованию и учету результатов осмотров

Страница: 62 / 104

62 63
•
nagaan of het verankeringspuntcorrect gepositioneerd is:
•
voor een valbeveiliging moet het verankeringspunt zich zo hoog mogelijk bevinden om het vvaltraject voor
het opvangen te minimaliseren. Bovendien moet het verankeringspunt zich ,indien mogelijk, verticaal boven de
werkpositie bevinden om een ‚slingeren‘ tijdens de val te minimaliseren. V erder moet het verankeringspunt z
danig worden gekozen, dat stoten of botsen tegen de bestaande constructie of uitstekende delen van de
constructie wordt voorkomen;
•
voor een valbeveiliging moet de verankeringspositie ver genoeg van de rand verwijderd zijn.
•
voorafgaande aan het gebruik ervoor zorgen dat - zoverre de verankeringslus wordt gebruikt in een valbeveiliging,
de vereiste vrije ruimte eronder in de werkpositie voorhanden is, zodat bij een val het raken van de grond of
andere obstakels in het valtraject verhinderd wordt
Vereiste vrije ruimte bij gebruik van een verankerings- en een verbindingsmiddel met
bandschokdemper
Verankeringslus (1,0 m) 0,50 m
lus = 0,5 m
Bandschokdemper
orig. lengte 2 m + 2,00 m
Lengte van de uitgevouwen
bandschokdemper (na de val)
+ 1,50 m
Gebruiker +2,00 m
Veiligheidsafstand (minimum) +1,00 m
Berekening van de vrije ruimte:
Verankeringsluslengte (lus = halve lengte)
+ Originele lengte van het verbindingsmiddel
+ max. ontvouwlengte van de bandschokdemper (1,50 m)
+ Gebruiker (2,00 m)
+ Veiligheidsafstand (minimum)
= Vrije veiligheidsruimte (gemeten vanaf het verankeringspunt)
7,00 m
NEDERLANDS