![IKA R 50 Скачать руководство пользователя страница 48](http://html.mh-extra.com/html/ika/r-50/r-50_operating-instructions-manual_624727048.webp)
47
012008
Overzicht (fig. 1)
De meegeleverde armstang wordt als volgt gemonteerd:
• Armstrang (2) in de flens plaatsen.
• Cilinderschroef (1) erin schroeven.
• Cilinderschroef (1) met een haakse schroevendraaier SM 4 vastdraaien.
Door vibraties kan de zeskantmoer losgaan. Controleer voor de zekerheid
daarom van tijd tot tijd de bevestiging van de arm. Draai indien nodig de
zeskantmoer aan.
Om veilig werken te garanderen wordt de aandrijfeenheid door middel
van
een
kruismof
R
261
(3)
aan
het
telescoopstatief
R 2723 (4) of statief 2722 (4) bevestigd. Het telescoopstatief biedt door
het gewichtsevenwicht belangrijke voordelen voor de bediening bij het
heffen en laten zakken.
Om de stabiliteit van de mechanische opbouw te vergroten, moet de
aandrijfeenheid
T 50 basic
zo dicht mogelijk tegen de statiefstang aan
gemonteerd worden.
Het dispergeerwerktuig (5) wordt tot aan de aanslag in de
aandrijfeenheid gestopt en met de kartelschroef (6) gefixeerd. De
afstand van het dispergeerwerktuig tot aan de bodem van het vat mag
niet onder de 20 mm dalen.
Om ongewenst indringen van lucht door grote rotatieturbulenties te
vermijden, kan de hele eenheid ook iets buiten het midden geplaatst
worden.
Controleer of de op het tyeplaatje aangegeven spanning overeenkomt met
de ter beschikking staande netspanning. Let ook op de omgevings-
voorwaarden die bij de Technische Gegevens vermeld staan.
Sluit het apparaat alleen aan op het net terwijl het in schakelstand 0 is.
De aandrijfeenheid wordt door middel van de schuifschakelaar
(nr. 6) ingeschakeld.
Oplossen van storingen
Als het apparaat niet start in schakelstand 1, moet u het apparaat uit- en
weer inschakelen.
Als aan deze voorwaarden voldaan is, is het apparaat klaar voor inge-
bruikname na het insteken van de stekker. Zo niet, dan is een veilige
werking niet gewaarborgd, of kan het apparaat beschadigd worden.
Overzicht (fig.1)
Hert stelwiel (8) wordt voor het inschakelen op het kleinste toerental
waarde ingesteld. Het toerental kan door middel van het stelwiel (8)
traploos aan de eisen van het te bewerken medium worden aangepast.
Het onbelaste toerental van de aandrijfeenheid kan tussen 5.00 en 10.000
1/min worden ingesteld.
Toerentaltabel
Opmerking:
De aandrijving is uitgerust met regelelektronica die het toe-
rental constant houdt over een breed toepassingsgebied. Pas bij het berei-
ken van de vermogenslimiet (in de regel alleen bij media met een hoge vis-
cositeit en met grote dispergeerwerktuigen) kan het toerental gaan dalen.
Als een nauwkeurige toerentalinstelling en bewaking nodig zijn, moet een
toerentalmeter worden aangesloten (zie “Accessoires”).
Schaalverdeling
1
2
3
4
5
6
instelwieltje
Toerental bij 30 liter
500
2000
4000
6000
8000
10.000
water
Bij het bepalen van de toerentaltabel is uitgegaan van een dispergeervolu-
mes van 30 liter water met de schacht S 50 N - G 45 M. De toerentallen zijn
afhankelijk van het gebruikte dispergeerwerktuig, de viscositeit en de hoe-
veelheid van het medium. Het kan tijdens het dispergeren veranderen als
de viscositeit van de vloeistof verandert.
Arm- en statiefmontage
Werken met het apparaat
Содержание R 50
Страница 124: ...123 012008 ...