98
Opmerkingen over de installatie van de tandheugel
• Controleer of alle elementen van de tandheugel over de
hele beweging van de poort goed in de pignon grijpen.
• Las beslist geen tandheugelelementen aan de
afstandstukken of aan elkaar.
• Nadat de tandheugel geïnstalleerd is, moet de afstand tussen
de tanden van de pignon en de groef van de tandheugel
worden geregeld, waarbij gecontroleerd moet worden of
de afstand 2,5 mm bedraagt (fig. 18) over de hele beweging,
door de uitsparingen in de tandheugel te benutten.
• Controleer met de hand of de poort de mechanische
eindaanslagen soepel bereikt, en of er geen sprake is van
wrijving tijdens de beweging.
• Gebruik geen vet of andere smeermiddelen tussen pignon
en tandheugel.
Fig. 18