228
NL
ALARM A10
TIJDPARAMETERS
ALARM A11
DRUKPARAMETERS
ALARM A12
OVERVERHITTING MOTOR
ALARM A15
TE HOGE DRUK
ALARM A16
TEMPERATUUR BUITEN GRENZEN
ALARM X13
INTERNE FOUT
ALARM X14
INTERNE FOUT
De stopvertragingen van de hulppompen overschrijden
de stopvertraging van de hoofdpomp.
Het opstartdrukverschil is groter dan de werkdruk.
De gedetecteerde waarde van de NTC- of PTC-thermistor
is hoger of lager dan de aangegeven waarde.
De alarmdrempel die is aangegeven in het hoofdstuk
met betrekking tot het waarschuwingsniveau voor te
hoge druk is overschreden..
De waarschuwing geeft aan dat de temperatuur BUITEN
de grenzen is.
Er is geen communicatie tussen het bedieningspaneel met
de druktoetsen en het display, en de voedingsplaat die in
de radiator is geschroefd.
Interne fout in de omvormer.
De communicatie tussen elektronische printplaten
van dezelfde omvormer, of de informatie die tussen
omvormers wordt uitgewisseld, vertoont storingen of
fouten in de integriteit van de gegevens.
Verlaag het opstartdrukverschil van de pomp of verhoog
de werkdruk tot boven deze waarde.
Wacht tot de motor afgekoeld is.
Controleer de kabelaansluiting van de PTC of NTC.
Controleer het waarschuwingsniveau voor te hoge druk.
Controleer de minimale en maximale
temperatuurwaarschuwingsniveau in 5. GEAVANCEERDE
PARAMETERS-instellingen.
Controleer of de platte kabel die beide elektronische
circuits met elkaar verbindt, goed is aangesloten en
goed vast zit.
Het kan te wijten zijn aan een incidentele fout in de
firmware van de omvormer of aan het ter plaatse
uitlezen van een parameter die geacht wordt buiten de
grenzen te liggen. In dat geval raden is het aanbevolen
de stroom naar de omvormer enkele minuten te
onderbreken. Schakel de stroom na de omvormer na
enkele minuten weer in. Als de melding aanhoudt, neem
dan contact op met de dichtstbijzijnde technische dienst.
Controleer of de platte kabel die beide elektronische
circuits met elkaar verbindt, goed is aangesloten en
goed vast zit.
Controleer of de kabels die de omvormers verbinden
correct zijn aangesloten en goed vastzitten.
Het kan te wijten zijn aan een incidentele fout in de
firmware van de omvormer of aan het ter plaatse
uitlezen van een parameter die geacht wordt buiten de
grenzen te liggen.
Deze fout is zelfherstellend, zodat het systeem meestal na
een paar minuten weer normaal werkt.
BERICHT
REDENEN
OPLOSSING(EN)
ALARM A09
INCOHERENTE FREQUENTIEPARAMETERS
Er is een parameter in verband met de frequentie die in
strijd is met de als normaal beschouwde waarden.
Controleer of de minimale frequentie hoger is dan 10 Hz.
Controleer of de maximale frequentie lager is dan 65 Hz.
Controleer of de ingevoerde minimale frequentie lager is
dan de maximale frequentie.
Controleer of de minimale bedrijfsfrequentie voor de
hulppompen lager is dan de maximale frequentie.
Controleer of de minimale bedrijfsfrequentie voor de
hulppompen groter is dan de minimale frequentie.
Содержание E-SPD MT 2200
Страница 2: ......
Страница 40: ......
Страница 78: ......
Страница 116: ......
Страница 154: ......
Страница 192: ......
Страница 230: ......
Страница 268: ......
Страница 306: ......
Страница 344: ......
Страница 383: ...383 3 0 10V INPUT SIGNAL LOGIC Figure 3a For Mode A Mode B Mode D Mode E Figure 3b For Mode C Figure 3c For Mode C ...
Страница 388: ...388 6 SCHEMATIC DIAGRAM MT 2200 AND TT 4000 1 13 3 2 4 10 5 12 6 9 11b 16b 16a 16b 11a 7 14 8 17 17 11a 11b 15 ...
Страница 391: ......
Страница 392: ...392 7 SCHEMATIC DIAGRAM TT 11000 2 3 4 12 1 13 11b 11a 11b 7 9 15 14 8 17 5 6 16 10 ...
Страница 395: ......