55
nl - 6
N E D E R L A N D S
• Plaats uw handen niet kruiselings zoals in fig. Q4.
• Sta stevig met beide voeten op de grond en zorg voor een goed evenwicht.
• Volg de bewegingen van de zaagarm als u hem naar links en rechts
beweegt. Ga enigszins aan de kant van het zaagblad staan.
• Kijk bij het volgen van een potloodlijn door de openingen in de
beschermkappen (60).
Vastzetten van het werkstuk (fig. V1 - V4)
Gebruik altijd een materiaalklem bij het zagen van niet-ijzerhoudende metalen.
• Klem het hout als het kan aan de zaag vast.
• Gebruik bij voorkeur de speciaal voor uw zaag ontwikkelde
werkstukklem (31), die als optie verkrijgbaar is bij uw dealer. Klem het
werkstuk als het kan tegen de parallelgeleiding. U kunt het werkstuk
links of rechts van het zaagblad vastzetten. Het is van belang dat het
werkstuk aan een stevig en vlak oppervlak wordt vastgezet.
Ondersteunen van lange werkstukken (fig. B3)
• Ondersteun lange werkstukken altijd.
• Gebruik bij voorkeur de verlengsteun (29) om de tafelbreedte van uw
zaag te vergroten (als optie verkrijgbaar bij uw dealer). Ondersteun
lange werkstukken met enig bruikbaar middel, zoals zaagbokken e.d.,
om te voorkomen dat de uiteinden naar beneden hangen.
Zagen van lijsten, dozen en andere rechthoekige objecten (fig. R1 & R2)
Versteklijsten en andere lijsten
Oefen met een paar eenvoudige projecten, totdat u uw zaag “aanvoelt”.
Uw zaag is een perfect gereedschap voor het zagen van verstekhoeken
zoals die in fig. R1. De afgebeelde verbinding kan naar keuze worden
gemaakt door middel van afschuin- (DW705) of verstekinstelling.
DW705 - Door middel van afschuininstelling
De afschuinhoek voor de beide planken wordt ingesteld op 45°,
zodat er een hoek van 90° wordt gevormd. De verstekarm wordt
vastgezet in de nulstand. Het hout wordt met de brede, vlakke kant tegen
de tafel en de smalle kant tegen de parallelgeleiding gelegd.
Door middel van verstekinstelling
Dezelfde zaagsnede kan worden gemaakt door links en rechts met
verstek te zagen, met de brede kant tegen de parallelgeleiding (fig. R2).
De twee schetsen (fig. R1 & R2) gelden alleen voor rechthoekige objecten.
Als het aantal kanten verandert, veranderen ook de verstek- en
afschuinhoeken. Onderstaand overzicht geeft de juiste hoeken voor een
groot aantal verschillende vormen. Er wordt aangenomen dat alle zijden
even lang zijn. Als de door u gewenste vorm niet in het overzicht
voorkomt, deel dan 180° door het aantal zijden om de verstek- of
afschuinhoek te bepalen.
Aantal zijden
Verstek- of afschuinhoek
4
45°
5
36°
6
30°
7
25,7°
8
22,5°
9
20°
10
18°
DW705 - Zagen met een combinatie van verstek en afschuining
(fig. S1 & S2)
Voor het zagen van lijsten of dozen met schuine kanten zoals in afb. S1
wordt een combinatie van verstek- (fig. R2) en afschuinhoek (fig. R1) gebruikt.
Zorg er als de zaaghoek telkens verschillend is voor dat de
afschuinklemknop en de verstekklemknop stevig aangedraaid
zijn. De knoppen moeten na elke verandering van de verstek-
c.q. afschuinhoek worden vastgezet.
• De onderstaande grafiek helpt u bij het kiezen van de juiste afschuin-
en verstekinstellingen voor een aantal gebruikelijke hoeken. U gebruikt
de grafiek door de gewenste hoek “A” (fig. S2) voor uw project te
kiezen en deze hoek op de juiste curve in de grafiek te vinden. Ga van
dat punt recht naar boven of beneden om de juiste afschuinhoek te
vinden en recht naar links of rechts om de juiste verstekhoek te vinden.
• Stel de zaag in op de voorgeschreven hoeken en maak enkele
proefsneden.
• Oefen met het in elkaar zetten van de gezaagde delen.
Voorbeeld: Maak een vierzijdige doos met buitenhoeken van 30°
(hoek “A”, fig. S2), gebruik de bovenste boog rechts. Zoek 30 op de
boogschaal. Volg dan naar beneden of naar boven voor het instellen
van de afschuinhoek van de zaag. Maak steeds enkele proeven met
stukjes afvalhout om de instellingen te controleren.
Verstekschaal met twee bereiken (fig. T1 & T2)
De verstekschaal heeft voor het gemak twee bereiken, zie fig. T1 & T2. Een
schaal geeft 0° aan wanneer het blad haaks op de parallelgeleiding staat. In
die positie geeft de andere schaal 90° aan. De 0-schaal (hogere nummers
dichter bij de voorkant) wordt gebruikt bij het berekenen van hoeken.
Om de juiste verstekhoek te berekenen deel 180° door het aantal zijden van
de doos of het raamwerk. Ga naar de vorige tabel voor enkele voorbeelden.
De 90°-schaal (kleinere getallen achter de 0°-schaal) wordt gebruikt wanneer
een hoek van de doos of het raamwerk met een hoekmeter wordt gemeten.
Bijvoorbeeld: bij het meten van de hoek van een achtzijdige doos, zal de
hoekmeter 135° aangeven. Deel de gemeten hoek door 2 om de juiste
verstekinstelling te bepalen. De juiste verstekinstelling is in dit voorbeeld
67
1
/
2
. Stel deze hoek in op de 90°-schaal.
Hulpschaal (fig. U1 - U3)
De zaagmachine is voor grotere nauwkeurigheid uitgerust met een
hulpschaal. Bij het instellen van hoeken, uitgedrukt in breuken (
1
/
4
°,
1
/
2
°,
3
/
4
°),
biedt de hulpschaal de mogelijkheid om verstekhoeken tot op de
dichtstbijzijnde
1
/
4
° (15 minuten) nauwkeurig in te stellen.
Ga bij het gebruik van de hulpschaal als volgt te werk.
• Zet het gewenste merk op de hulpschaal gelijk met het dichtstbijzijnde
gradenmerk op de verstekschaal, zoals hierna wordt beschreven.
De kunststof hulpschaal is gegraveerd met de markeringen voor
1
/
4
°,
1
/
2
°,
3
/
4
° and 1°. Alleen de
1
/
2
° en de 1° zijn numeriek aangeduid.
Voorbeeld: u wilt een verstekhoek van 24
1
/
4
° rechts.
• Schakel de verstekzaag UIT.
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
5
10
15
20
25
30
35
40
45
5
10
15
20
25
30
35
40
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
75
80
85
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
75
80
85
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
75
80
85
DEZE AFSCHUINING OP DE ZAAG INSTELLEN
VIERZIJDIGE
DOOS
ZESZIJDIGE
DOOS
ACHTZIJDIGE
DOOS
HOEK TUSSEN TWEE RIBBEN
DEZE VERSTEKHOEK OP DE ZAAG INSTELLEN