NEDERLANDS
8
4.2
Verbinden met de C/C
Voor gebruikers van de LAN poorten:
Verbind de LAN kabel met 1 van de 4 LAN poorten op de achterzijde van de
C/C en met de netwerk kaart in uw computer.
De LAN LED behorend bij de gebruikte LAN poort zal oplichten om aan te geven dat de
computer verbonden is (uw computer en LAN verbinding dienen ingeschakeld te zijn).
U kunt u doorgaan naar Hoofdstuk 4.3 om de verbinding te controleren of naar
Hoofdstuk 5 voor de configuratie van de C/C.
Voor Draadloze gebruikers:
1.
Klik met de
rechtermuisknop op het
Draadloze Netwerk-
icoon en kies voor
“
Bekijk beschikbare
draadloze netwerken
”.
2.
Selecteer het netwerk
“
Conceptronic
” uit de
lijst met beschikbare
netwerken en klik op
“
Verbinden
”.
Let op:
Bijna elk merk/type Draadloze netwerkkaart gebruikt een andere configuratie
applicatie. Controleer de handleiding van uw Draadloze netwerkkaart hoe u
een draadloze verbinding kunt opzetten.
Het onderstaande voorbeeld maakt gebruik van de standaard Microsoft
applicatie voor draadloze verbindingen welke geïntegreerd is in Windows XP
met Service Pack 2.
1
2
2