DXZ948RMP
23
22
DXZ948RMP
Nederlands
Nederlands
Nr.
Parameters van de Parametrische Equalizer
(type auto)
Kanaal
Band 1
Band 2
Band 3
F
G
Q
F
G
Q
F
G
Q
1
Voor
250 Hz
-8 dB
3
2 kHz
-4 dB
1
5 kHz
-4 dB
1
(SEDAN-1)
Achter
250 Hz -10 dB
3
1.25 kHz
0 dB
5
8 kHz
0 dB
5
2
Voor
250 Hz -10 dB
7
800 Hz
-4 dB
3
8 kHz
-5 dB
1
(SEDAN-2)
Achter
80 Hz
3 dB
7
125 Hz
-12 dB
5 1.25 kHz
0 dB
5
3
Voor
250 Hz
-8 dB
3
1 kHz
-8 dB
3
10 kHz
-6 dB
1
(WAGON-1)
Achter
250 Hz
-8 dB
3
800 Hz
-8 dB
1
8 kHz
0 dB
5
4
Voor
250 Hz
-8 dB
7
400 Hz
-10 dB
7 1.25 kHz
-8 dB
7
(WAGON-2)
Achter
125 Hz
-8 dB
3
500 Hz
-5 dB
5
1.6 kHz
0 dB
3
5
Voor
125 Hz
-4 dB
5
1.25 kHz
-4 dB
3
2 kHz
3 dB
7
(MINI VAN-1)
Achter
250 Hz
-6 dB
1
630 Hz
-4 dB
3
8 kHz
0 dB
5
6
Voor
250 Hz
-4 dB
3
1.25 Hz
-8 dB
3
80 Hz
3 dB
3
(MINI VAN-2)
Achter
250 Hz
-8 dB
3
500 Hz
-5 dB
5
8 kHz
0 dB
5
Bediening van de AC-Processor III
Bediening van de radio
FREQUENCY (keuze van de
middenfrequentie)
Hiermee kiest u de middenfrequentie die moet
worden gebruikt als het midden van de
frequentieband die u wilt compenseren uit het
bereik van 20 Hz t/m 20 kHz.
(in stappen van 1/3 octaaf, 31 punten)
GAIN (instelling van de versterking)
Hiermee stelt u de versterking (uitgangsniveau)
in binnen het bereik van -12 dB t/m +12 dB.
(in stappen van 1 dB, 25 punten)
Q (keuze van de Q-kromme)
Hiermee stelt u de spitsheid van de Q-kromme
in op 1, 3, 5, 7 of 20.
●
Compensatie
Het is niet nodig de frequentiekarakteristieken te
compenseren als deze vlak blijken (geen pieken
of dalen) na meting van de
frequentiekarakteristieken met een
meetapparaat. Het gebeurt echter soms dat de
frequentiekarakteristieken op bepaalde plaatsen
omhoog lopen of omlaag vallen. Als dat het
geval is, moeten de frequentiekarakteristieken
worden gecompenseerd. Creëer een
frequentiekromme met karakteristieken die het
tegenovergestelde zijn van de
middenfrequenties van de delen waar de
karakteristieken omhoog lopen en omlaag
vallen om deze pieken en dalen op te heffen en
de frequentiekarakteristieken zo vlak mogelijk te
maken.
Het zo vlak mogelijk maken van de
frequentiekarakteristieken wordt
“compenseren” genoemd.
Op dit apparaat kunnen de
frequentiekarakteristieken worden
gecompenseerd door P.EQ (Parametrische
Equalizer).
●
Compensatie van
frequentiekarakteristieken
Onderstaande figuur laat de verhouding zien
tussen de middenfrequentie, versterking en Q-
kromme.
3dB
Q =
F
f
f
●
Q-kromme
De Q-kromme wordt spitser als de numerieke
waarde hoger wordt, en wordt ronder als de
numerieke waarde lager wordt.
Vlakke frequentiekarakteristieken kunnen
worden verkregen door een Q-kromme te
kiezen die het tegenovergestelde is van de
kromme die u wilt compenseren.
F: Middenfrequentie, G: Versterking (uitgangsniveau), Q: Q-kromme
De displays in de radiofunctie
■
Hoofddisplay
Het hoofddisplay wordt afgebeeld als u op de
[ROTARY] knop drukt en de radiofunctie kiest.
FM1
BAND
MANU
B
MODE
3
4
2
98.10MHz
PS NAME
Als u de linkerkant van het display gedurende 1
seconde of langer aanraakt, schakelt het display
over naar de simpele bedieningsfunctie.
BAND
B
MODE
98.10MHz
SIMPLE MODE
Frequentiedisplay
De frequentie die op dat moment wordt
ontvangen wordt afgebeeld.
Als u het display van de
standaardbedieningsfunctie met
of
aanraakt, kunt u zoek-afstemmen of handmatig
afstemmen uitvoeren.
Titeldisplay
Hierop wordt de naam afgebeeld van de zender
die op dat moment wordt ontvangen. Door deze
naam aan te raken wordt het display
omgeschakeld.
Frequentiebanddisplay
AM:
AM-frequentiebandnaam
FM1:
FM-frequentiebandnaam
Voorkeurnummerdisplay
Als u het display van de
standaardbedieningsfunctie met
aanraakt, kunt u een voorkeurgeheugen kiezen.
MODE
Als u dit aanraakt, worden subfuncties
afgebeeld. Door dit gedurende 1 seconde of
langer aan te raken, wordt de
voorkeurgeheugenlijst afgebeeld.
P-SCAN:
Dit wordt afgebeeld tijdens het
voorkeurzender-scannen. Als u dit aanraakt,
stopt het voorkeurzender-scannen.
A-STORE:
Dit wordt afgebeeld tijdens het automatisch
opslaan. Als u dit aanraakt, stopt het
automatisch opslaan.
BAND
Door dit aan te raken wordt de frequentieband
omgeschakeld.
Als u dit gedurende 1 seconde of langer
aanraakt, schakelt u om tussen de handmatige
afstemfunctie en de zoek-afstemfunctie.
a
d
(alleen op het display van de simpele
bedieningsfunctie)
Door deze toetsen aan te raken kunt u zoek-
afstemmen of stap-afstemmen (in de
handmatige afstemfunctie).
Door deze toetsen aan te raken en aangeraakt
te houden kunt u snel-afstemmen (in de
handmatige afstemfunctie).
■
De voorkeurgeheugenlijst afbeelden
Deze lijst kunt u afbeelden door op het
hoofddisplay gedurende 1 seconde of langer
MODE aan te raken.
RTN
104. 1MHz
87. 5MHz
004
001
107. 9MHz
87. 9MHz
005
002
108. 0MHz
98. 1MHz
006
003
TITLE LIST
:
Bezig met afstemmen
RTN:
Raak dit aan om terug te keren naar
het hoofddisplay.
Naar de radio luisteren
1. Druk op de [ROTARY] knop om de
radiofunctie te kiezen.
Met iedere druk op de [ROTARY] knop,
verandert de functie als volgt:
Radio
➜
(DAB)
➜
CD / MP3
➜
(CD-wisselaar)
➜
(DVD-wisselaar)
➜
(TV)
➜
AUX
➜
Radio...
∗
De functie van een apparaat dat niet is
aangesloten wordt niet afgebeeld.
2. Raak BAND aan om de frequentieband te
veranderen.
Met iedere aanraking van BAND, verandert
de frequentieband als volgt:
FM1
➜
FM2
➜
FM3
➜
AM (MW / LW)
➜
FM1...
Handmatig-
indicator
Voorkeurnummer-
display
Titeldisplay
Frequentiedisplay
Titeldisplay
Frequentiedisplay
Frequentieband
Zendernaam (of frequentie)
Voorkeurnummer
Niveau
(dB)
Versterking
(G)
Middenfrequentie (F)
Frequentie
(Hz)
Q-kromme (Q)
Frequentie-
kromme
Q-kromme: 20 Q-kromme: 1
Q-kromme: (Q)