F.01U.290.264 | 3.0 | 2018.12
Installation Guide
Bosch Sicherheitssysteme GmbH
FAA-420-RI-DIN
5
it
In caso di collegamento a rilevatori LSN, azionare solamente in modalità 1 e 3.
Moda-
lità
Morsetto
Condizione di allarme
1
L’indicatore remoto mostra una luce rossa fissa.
Tensione di esercizio: a seconda del flusso
di corrente
Flusso di corrente: da 3 mA a max. 30 mA.
2
L’indicatore remoto mostra una luce rossa fissa.
Tensione di esercizio: da 8,5 a 33 VDC
Flusso di corrente: da 11 a 14 mA
3
L’indicatore remoto mostra una luce rossa
intermittente.
Tensione di esercizio: da 11 a 33 VDC
Flusso di corrente: 3 mA
nl
Gebruik alleen in modus 1 en 3 bij aansluiting op LSN-melders.
Modus Aansluit-
klem
Alarmconditie
1
De nevenindicator toont een permanent rood licht.
Bedrijfsspanning: afhankelijk van stroomtoevoer
Stroomtoevoer: 3 mA tot max. 30 mA.
2
De nevenindicator toont een permanent rood licht.
Bedrijfsspanning: 8,5 tot 33 V DC
Stroomtoevoer: 11 tot 14 mA
3
De nevenindicator toont een knipperend rood licht.
Bedrijfsspanning: 11 tot 33 V DC
Stroomtoevoer: 3 mA
!
AVVERTENZA!
Prendere nota della corrente di alimentazione massima con-
sentita e, di conseguenza, della gamma di tensione d’ingres-
so delle modalità funzionali. Nella modalità operativa 1, la
corrente deve essere limitata esternamente a max. 30 mA.
!
WAARSCHUWING!
Houd rekening met zowel de maximaal toegestane stroom-
voorziening als het ingangsspanningsbereik van de ge-
bruiksmodi. In bedrijfsmodus 1 moet de stroom extern
worden beperkt tot max. 30 mA.
+
+
+
+
+
+