11
Het glas is bekrast.
Kookgerei met ruwe randen.
Er zijn ongeschikte, schurende
schuursponsjes of
reinigingsmiddelen gebruikt.
Gebruik kookgerei met een vlakke en gladde bodem. Zie ‘Het
juiste kookgerei kiezen’.
Zie ‘Onderhoud en reiniging’.
Demonteer het apparaat niet zelf om eventuele gevaren en beschadigingen aan de keramische kookplaat
te voorkomen.
8.
Installatie
8.1 Keuze van de inbouwaccessoires
1. Zaag een gat in het werkblad volgens de maten in de tekening.
Ten behoeve van de installatie en het gebruik moet een ruimte van minimaal 50mm rondom het gat
worden aangehouden.
Controleer of de dikte van het werkblad minimaal 30 mm is. Kies een warmtebestendig en geïsoleerd
werkbladmateriaal (hout en soortgelijke vezelachtige of hygroscopische materialen mogen niet als
werkblad worden gebruikt, tenzij ze geïmpregneerd zijn), om een elektrische schok en sterke
vervorming door warmtestraling van de kookplaat te voorkomen. Zoals hieronder afgebeeld:
Opmerking: De veiligheidsafstand tussen de zijden van de kookplaat en de binnenzijden
van
het
werkblad moet minimaal 3 mm zijn.
L
W
E
F
H
D
A
B
X
P
R
288mm
520mm
268mm 500mm
65mm
min.
61mm
min.
292(+1/0)mm
524(+1-0)mm
50mm
min.
5,5
mm 7mm
De keramische kookplaat moet onder alle omstandigheden goed geventileerd zijn en de luchtinlaat en
-uitlaat mogen niet geblokkeerd worden. Zorg ervoor dat de keramische kookplaat zich in een goed
werkende toestand bevindt. Zoals hieronder afgebeeld:
Opmerking: Tussen het apparaat en een wasemkap boven het apparaat moet de
veiligheidsafstand worden aangehouden die door de fabrikant van de wasemkap wordt
opgegeven. Neem de aanwijzingen van de fabrikant van de wasemkap in acht.