
21
Haal het fietsstoeltje van de fiets telkens als u de fiets op een voertuig vervoert (bijvoorbeeld op het
dak van de auto, op een aanhangwagen of achterop een camper). De luchtstroom kan het stoeltje
beschadigen of de bevestigingselementen van het stoeltje aan de fiets stuk maken waardoor er
ongelukken veroorzaakt zouden kunnen worden.
Controleer regelmatig de fiets: de banden, de remmen, de lichten enz.
Was het stoeltje regelmatig met water en zeep. Gebruik geen agressieve reinigingsproducten.
HET STOELTJE MONTEREN
Niet monteren terwijl het kind in het stoeltje zit.
Controleer eerst alle componenten voordat u begint te monteren (afb.A).
Trek de knop (8) voorzichtig naar u toe en draai hem tegen de wijzers van de klok in om de klemmen
van de steunplaat open te maken.
Plaats het stoeltje op de bagagedrager (afb. B).
Opgelet: Controleer of de afstand tussen het zwaartepunt, waarvan het symbool op de buitenzijden
van het stoeltje staat, en de wielas kleiner is dan 10cm. Kantelgevaar.
Trek de knop (8) voorzichtig naar u toe en draai hem volledig met de wijzers van de klok mee om de
klemmen op de bagagedrager (afb. C) vast te maken.
Opgelet: als u de klemmen hebt vastgemaakt, controleer of het stoeltje op de bagagedrager niet naar
voren of naar achteren kan bewegen.
Opgelet: Controleer regelmatig of de klemmen nog steeds goed vastzitten op de bagagedrager: ze
kunnen loskomen tijdens het gebruik.
Maak de extra veiligheidsgordel (1) vast aan het fietsframe (afb. D).
OPGELET: de extra veiligheidsgordel moet altijd aan het fietsframe bevestigd worden.
Het stoeltje van de fiets halen
Maak de extra veiligheidsgordel (1) los.
Trek de knop (8) voorzichtig naar u toe en draai hem tegen de wijzers van de klok in om de klemmen
van de steunplaat open te maken.
Haal het stoeltje van het bagagedrager.
HET STOELTJE IN DE HOOGTE VERSTELLEN
Voordat u het stoeltje in gebruik neemt, controleert u of de veiligheidsgordels en de voetsteunen goed
zitten voor uw kind.
De gordels moeten net boven de schouders van het kind zitten.
De voeten van het kind moeten goed op de voetsteunen staan.
Stel de veiligheidsgordels en de voetsteunen niet af terwijl het kind in het stoeltje zit.
De veiligheidsgordels afstellen
Trek de veiligheidsgordel uit de opening in de rugleuning.
Steek de veiligheidsgordel in de opening van de rugleuning op de gewenste hoogte (afb. E).
Herhaal deze handeling voor de andere gordel.
De voetsteunen in de hoogte verstellen.
Draai de blokkeerhendel (9) achter de voetsteun naar boven (afb. F).
Verplaats de voetsteun (11) naar boven of naar beneden in de gewenste stand.
Zet de hendel (9) vast, duw hem naar beneden totdat u een klik hoort.
Herhaal deze handelingen voor de andere steun.
EINDCONTROLE
Laat de fiets enkele meters met de hand rijden en controleer of geen enkel bewegend deel het stoeltje raakt,
of er geen riemen uitsteken in de buurt van het wiel en of de remmen en pedalen nog goed werken.
NL
Содержание Clamp
Страница 2: ...clamp Clam Clamp H E G I L M clamp D F warning 30 washing instructions ...
Страница 64: ...note Note note Note note 62 Note note Note note Note ...
Страница 65: ...note Note note Note note 63 Note note Note note Note ...
Страница 66: ...note Note note Note note 64 Note note Note note Note ...