61
REINIGING EN ONDERHOUD VAN HET FORNUIS
Opgelet!
Gebruik geen schurende reinigings-
middelen voor het reinigen en onder-
houden van de glazen voorzijde.
De oven moet na elk gebruik gereinigd
worden. Bij de reiniging moet de ver
-
lichting aangeschakeld worden, zodat u
beter de werkruimte ziet.
De kamer van de oven mag enkel met
warm water met een beetje afwasmiddel
gereinigd worden.
Stoomreiniging – Steam Clean:
- giet 0,25l water (1 glas) in een komme-
tje dat u op het eerste niveau van onder
in de oven plaatst,
- sluit de deur van de oven,
- stel de temperatuurknop in op stand
50ºC, en de functieknop op de functie
verwarmingselement onderaan
,
- warm de ovenkamer ongeveer 30 mi-
nuten op,
- open de deur van de oven, reinig de
binnenkant van de oven met een doek of
sponsje en was de oven daarna uit met
warm water met afwasmiddel.
De zorg waarmee de gebruiker het fornuis
reinigt en onderhoudt, heeft een belangrijke
invloed op zijn levensduur en probleemloze
werking.
Voor de reiniging moet de oven uitge-
schakeld worden. Let er hierbij op dat alle
draaiknopen in de stand “
”/“0” staan.
De oven mag pas gereinigd worden als
hij afgekoeld is.
Vervanging van de halogeenlamp van de
ovenverlichting
Zorg ervoor dat het apparaat is losge-
koppeld van het lichtnet voordat u de
halogeenlamp gaat vervangen. hiermee
voorkomt u elektrische schokken.
1. Koppel de stroomvoorziening van de
oven los.
2. Verwijder de bakblikken en roosters uit de
oven.
3. Als de oven is uitgerust met telescoopge-
leiders moet u deze verwijderen.
4. Gebruik een platte schroevendraaier om
de klem van het kapje van de lamp los te
maken, verwijder het kapje en maak het
schoon. Droog het zorgvuldig af.
5. Verwijder het halogeenlampje door het
naar beneden te schuiven. Gebruik hiervoor
een doekje of papier. Vervang het halogeen
-
lampje indien nodig door een nieuwe G9
- spanning 230V
- vermogen 25W
6. Plaats het halogeenlampje voorzichtig in
de fitting.
7. Plaats het lampenkapje
Ovenverlichting