19
5.5
Regenweergave
5.5.1
Meetintervallen voor neerslag
Houd [RAIN/PRE] twee seconden ingedrukt houden om te wisselen tussen
regen en druk. Druk in de regenmodus op [RAIN/PRE] om te wisselen tussen
hoeveelheid neerslag (mm/u), regen-event, regen per uur, regen per dag, regen
per week, regen per maand en regen per jaar.
5.5.2
Intervallen voor regendefinities
•
Neerslag per uur of mm/U
wordt bepaald als de laatste 10 minuten
neerslag vermenigvuldigd met zes (10 minuten x 6 = 1 uur). Dit wordt
ook wel onmiddellijke regen per uur genoemd.
•
Event
wordt bepaald als aanhoudende regen en wordt gereset als de
neerslag in een periode van 24 uur minder dan 1 mm (0,039 inch) is.
•
Dagelijks
wordt bepaald als de neerslag sinds middernacht (00:00).
•
Wekelijks
wordt bepaald als het totaal in een kalenderweek en wordt
gereset op zondagochtend om middernacht (zondag tot en met
zaterdag).
•
Maandelijks
wordt bepaald als het totaal in een kalendermaand en
wordt gereset op de eerste dag van de maand.
•
Jaarlijks
wordt bepaald als de totale hoeveelheid neerslag van 1
januari tot 31 december.
5.6
Windweergave
Druk op de toets [WIND -] om te wisselen tussen de gemiddelde windsnelheid
en windstoten.
Houd de toets [WIND -] twee seconden ingedrukt om de weergave van de
windrichting te wisselen tussen graden en letters.
•
Windsnelheid
wordt bepaald als de gemiddelde windsnelheid
gedurende de updateperiode van 16 seconden.
•
Windstoot
wordt bepaald als de piekwindsnelheid gedurende de
updateperiode van 16 seconden.
5.7
Temperatuurweergave
Als de temperatuur lager is dan het minimale bereik, zal het temperatuurveld
streepjes laten zien (--. -).
Als de temperatuur hoger is dan het maximale bereik, zal het temperatuurveld
ook streepjes laten ziens (--. -).