226
Dome-aanpassing:
PTZ Dome initialiseren
AUX-uitgang:
Relaisuitgang schakelen
7.7.8 Resetten van PTZ-instellingen
Resetten van PTZ-instellingen:
op fabrieksinstellingen (bijvoorbeeld presets,
(standaardinstellingen), tour (patrouille), …)
7.7.9 Smart Tracking
Met de Smart Tracking-functie is het mogelijk om bewegende objecten te volgen.
Er zijn twee manieren om objecten te volgen.
a) De camera herkent automatisch bewegende objecten in het gehele zichtbare videogebied.
Dit type detectie heeft echter geen opties om rekening te houden met objectgroottes,
objectlocaties of bewegingsrichtingen van de objecten. Het is daarom alleen de juiste keuze
voor speciale toepassingen.
b) Het volgen van objecten wordt geactiveerd door bepaalde detectoren. Het volgen van
objecten kan dus gerichter worden gestart. De volgende detectoren kunnen worden gebruikt
om het volgen te starten:
- Detectie van toegang tot de regio (object komt een gebied binnen)
- Regio Exit Detection (regio verlaat een gebied)
- Tripwire-detectie (lijnovergang met keuze van richting)
- Inbraakdetectie (object komt een gebied binnen met een bepaalde verblijftijd)
Voor optie a) moet de slimme volgfunctie eenvoudig worden geactiveerd in het menu-item
PTZ / Smart Tracking.
Voor optie b) moet de Smart Tracking-functie worden geactiveerd in het menu-item PTZ /
Smart Tracking. De detector en slimme tracking zijn ook gekoppeld via
een regel in de Event Manager en zijn dus gekoppeld aan de detector.
Activeer Smart Tracking:
Activeer de functie Smart Tracking
Duur:
Instellen van de max. Object volgtijd (0-300 seconden)
Zoomverhouding instellen:
Stel de maximale zoomfactor in tijdens het volgen. Hoe sneller
het object beweegt, hoe lager de max. De zoomfactor moet
worden geselecteerd, anders verlaat het object het bewaakte
weergavegebied te snel.