3
NL
Kabeldikte
Houd de kabels altijd zo kort mogelijk. Gebruik voldoende dikke (+) kabels,
passend bij de lengte en maximale stroom die over deze kabels gaat.
Meestal zal dit het vermogen van de dynamo zijn. Te dunne kabels kunnen
voor spanningsverliezen zorgen. Dit heeft invloed op de juiste werking van
het relais. Ook kan dit resulteren in oververhitting!
Formule optimale kabeldikte (+ kabel):
max. stroom x lengte in meter x 0,2 = kabeldikte mm²
(totaal tussen de
accu’s)
De minuskabel moet minimaal 1,5mm² zijn.
Aansluiting
Koppel de minpolen van beide accu’s los.
Volg qua aansluiting onderstaand
installatieschema. Gebruik geïsoleerde kabelogen en faston stekkers. (*) Pas
de zekeringen in de + kabel aan op de maximale laadstroom. Plaats tevens
een zekering van 2AT tussen de minus aansluiting van het relais (pin 86) en
de massa.
PIN 30 = Start accu (Battery 1)
PIN 86 = Massa/minus
PIN 87 = Accessoire accu (Battery 2) PIN 85 = Start assistentie