De inverter kan worden ingeschakeld door middel van:
A)
Potentiaal vrij contact
B) 5-32 V signaal
‘
‘Signal in’ connector
‘Signal in’ aansluiting
aansluiting 1 en 2 verbinden
2 (+5-32V) en 3 (gnd).
d.m.v. een n.o. schakelaar.
Valt het extern signaal weg, dan schakelt de inverter uit.
INVERTER UITSCHAKELEN D.M.V. EXTERN
SIGNAAL
(OMGEKEERDE WERKING)
Maak behuizing voorzichtig open, verwijder hiervoor de twee schroeven.
Zet de dipswitch setting in:
Dipswitch
2
op ON
Dipswitch
3
op OFF
Sluit de connectoren weer aan volgens in het vorige hoofdstuk vermelde
gegevens. De inverter zal nu bij het betreffende externe signaal
uitschakelen. Is dit signaal niet aanwezig, dan staat de inverter aan.
SIGNAAL GENEREREN
Via de linker connector ‘signal out’ kunnen
uitgangsignalen gegenereerd worden.
Hierin kan men een keuze maken uit een
potentiaal vrij contact of een voorziening
van een signaalspanning. Op deze wijze kan
gewerkt worden met een externe indicator
op dashboard/bedieningspaneel of
eventueel een extern relais aangestuurd
worden.
+5-32Vdc
GND
3
