![Wilo DrainLift XL 2/10 Installation And Operating Instructions Manual Download Page 65](http://html1.mh-extra.com/html/wilo/drainlift-xl-2-10/drainlift-xl-2-10_installation-and-operating-instructions-manual_983124065.webp)
Nederlands
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-DrainLift XL
61
3 Transport en opslag
Installatie en afzonderlijke componenten worden geleverd op een pallet.
Direct na ontvangst van het product:
• Het product controleren op transportschade,
• bij transportschade binnen de geldende termijnen de vereiste maatregelen bij het trans-
portbedrijf nemen.
VOORZICHTIG! Gevaar voor materiële schade!
Ondeskundig transport en ondeskundige opslag kunnen materiële schade aan het pro-
duct veroorzaken.
• Product enkel op de pallet en alleen met toegelaten hijsmiddelen transporteren.
• Bij het transport opletten dat het apparaat stabiel staat en geen mechanische bescha-
digingen kan oplopen.
• Product tot aan de installatie op een pallet op een droge plaats, beschermd tegen
directe zonnestralen en vorstveilig opslaan.
• Niet stapelen!
4 Toepassing
De afvalwateropvoerinstallatie DrainLift XL voldoet aan EN 12050-1 en is een automatisch
werkende afvalwateropvoerinstallatie voor het verzamelen en pompen van afvalwater met
en zonder fecaliën voor een terugstuwveilige drainage uit afvoerpunten in gebouwen en
percelen onder het rioolniveau.
Er mag huishoudelijk afvalwater conform EN 12056-1 worden toegevoerd. Conform
DIN 1986-3 [in Duitsland] mogen er geen explosieve en schadelijke stoffen worden toe-
gevoerd, zoals vaste stoffen, puin, as, afval, glas, zand, gips, cement, kalk, specie, vezel-
stoffen, textiel, papieren handdoeken, luiers, karton, grof papier, kunsthars, teer,
keukenafval, vetten, olie, slachtafval, kadavers, afval van dieren (gier..), giftige, agressieve
en corrosieve stoffen als zware metalen, biocide, pesticiden, zuren, logen, zouten, reini-
gings-, ontsmettings-, afwas- en wasmiddelen in grote dosissen en stoffen met relatief
veel schuimvorming, zwembadwater.
Wanneer er vethoudend afvalwater moet worden toegevoerd, moet er een vetafscheider
worden aangebracht.
Conform EN 12056-1 mag er geen afvalwater uit drainagevoorwerpen worden toege-
voerd, die boven het rioolniveau liggen en in vrij verval kunnen worden ontwaterd.
AANWIJZING: Bij de installatie en het gebruik dienen absoluut de nationaal en regionaal
geldende normen en voorschriften in acht te worden genomen.
Ook de aanwijzingen in de inbouw- en bedieningsvoorschriften van de schakelkast dienen
in acht te worden genomen.
GEVAAR! Explosiegevaar!
Fecaliënhoudend afvalwater kan gasophopingen in verzamelreservoirs veroorzaken,
die door ondeskundige installatie en bediening kunnen ontvlammen:
• Wanneer de installatie
wordt gebruikt voor fecaliënhoudend afvalwater dienen de gel-
dende voorschriften voor explosiebeveiliging in acht te worden genomen.
• De schakelkast is niet beveiligd tegen explosie en mag alleen buiten explosieve zones
worden geïnstalleerd.
• Bij toepassing van niveausensoren of vlotterschakelaars in explosieve zones dient
u veiligheidsafzettingen te gebruiken.
WAARSCHUWING! Gevaar voor de gezondheid!
Door de gebruikte materialen is de afvalwateropvoerinstallatie niet geschikt voor het
pompen van tapwater!
Bij contact met afvalwater bestaat er gevaar voor de gezondheid.
VOORZICHTIG! Gevaar voor materiële schade!
Het invoeren van niet-toegestane stoffen kan tot materiële schade aan het product
leiden.
• Nooit vaste stoffen, vezelstoffen, teer, zand, cement, as, grof papier, papieren hand-
doeken, karton, puin, afval, slachtafval, vetten of olie invoeren!
Wanneer er vethoudend afvalwater moet worden toegevoerd, moet er een vetafschei-
der worden aangebracht.
• Ongeoorloofde gebruikswijzen en overbelasting leiden tot materiële schade aan het
product. Het maximaal mogelijke toevoervolume moet altijd kleiner zijn dan het debiet
van een pomp op elk individueel bedrijfspunt.