• Sluit en vergrendel het batterijvak in omgekeerde volgorde. Let er daarbij op dat de afdichtingsring op het batterijvakdek-
sel niet wordt afgekneld of wordt beschadigd. Het batterijvakdeksel past slechts in één positie in het apparaat. De inkeping
moet zich aan de rechterkant bevinden.
Vervang de batterijen wanneer de niveau-indicatie (8) bij de functietest niet meer brandt, het pictogram voor batterijvervan-
ging in de LC-display verschijnt of er bij het tegengestelde contact de beide meetpennen (4 en 6) geen akoestisch signaal
meer geven.
Bij lege batterijen werkt vanaf een testspanning van 50 V/AC en120 V/DC alleen de waarschuwingsindi-
catie (10) voor “gevaarlijke spanning”. Als deze indicatie brandt, de meetcontacten nooit aanraken.
Het gebruik met geopend batterijvak is niet toegestaan.
Verwijder de batterijen als u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt om te voorkomen dat het door lekkende bat-
terijen beschadigd raakt. Om dezelfde reden is het raadzaam lege batterijen onmiddellijk te verwijderen.
Geschikte alkaline-batterijen zijn te verkrijgen onder het volgende bestelnummer:
Bestelnr. 65 23 03 (2 st. u dient 1x te bestellen).
Gebruik uitsluitend alkaline-batterijen, omdat deze krachtig zijn en een lange gebruiksduur hebben.
MEETPUNTVERLICHTING
Het model VC-55 bezit een op batterijen werkende meetpuntverlichting.
Om deze verlichting in en uit te schakelen de toets (15) kort indrukken. De verlichting blijft ca. 130 seconden ingeschakeld
en gaat automatisch weer uit.
UITVOEREN VAN TESTWERKZAAMHEDEN
De tweepolige spanningstester bestaat uit de beide meetpennen (4 + 6), een verbindingskabel (18) en het indicatieveld.
Houd de spanningstester altijd zo vast dat u verticaal op het indicatieveld kunt kijken. De verlichtingsindicaties kunnen door
sterke lichtinval negatief worden beïnvloed.
Bij DC-metingen geeft de meetpen L2+ (6) de pluspool en de meetpen L1- (4) de minpool weer.
De VC-55 schakelt zich bij het begin van de test automatisch in (ingangsniveau >10 V) en na beëindiging van de test weer
uit.
Controleer altijd voor en na elk gebruik de spanningstester op werking. Test op een bekende span-
ningsbron (bijv. netspanning 230 V/AC) en controleer de juistheid van de indicaties. Bij uitval van een of
meerdere indicatiebereiken (8) mag de spanningstester niet meer worden gebruikt.
Indien het meettoestel geen werking toont of afzonderlijke indicatielampjes niet functioneren, de span-
ningstester uitzetten. Een defecte spanningstester mag niet worden gebruikt.
De voorschriften om te werken aan elektrische installaties moeten in acht worden genomen. Gebruik
de persoonlijke beschermende uitrusting voor werken aan installaties met gevaarlijke elektrische span-
ning.
De maximaal toegestane inschakelduur (ON) bedraagt 30 seconden. Na deze tijd moet een bedrijfspauze
(OFF) van minimaal 240 seconden worden aangehouden.
De volgende testfuncties kunnen uitgevoerd worden.
a) Tweepolige spanningtest
Houd de spanningstester alleen vast aan de daarvoor bestemde handgrepen (1 en 16). Raak de tester nooit buiten de
handgrepen aan (5 en 13).
Breng beide meetpennen aan op de te controleren meetpunten. Het spanningsbereik wordt in de niveau-indicatie (8) en de
aanwezige meetspanning in de LC-display weergegeven.
De indicatielampjes (+) en (-) geven de spanningssoort en de betreffende polariteit weer. Indien de indicaties (+) en (-)
tegelijkertijd branden, is wisselspanning (AC) aanwezig. De polariteit wordt nu via de beide LED’s weergegeven.
Vanaf een spanning van ca. 38 V/AC of 100 V/DC klinkt een akoestisch signaal. De draaiveldindicaties “L” en “R” kunnen bij
het meten gaan branden. Dit is een technisch gegeven en heeft geen betekenis resp. invloed op het meetverloop.
De beide meetpennen L1 en L2 kunnen aan de zijkant via een bevestigingsbeugel aan de greepbegrenzing
van meetpen L1 (5) bij elkaar worden gestoken.
De afstand van de beide meetpennen bedraagt dan 19 mm, en komt overeen met de norm contactafstand
van euro- en geaarde contactdozen.
Worden de 4 meegeleverde 4 mm schroefadapters vastgeschroefd, vergemakkelijkt dit aanvullend het
contact in de contactdoos. De tweepolige spanningstester kan dan met één hand worden begeleid.
Let erop dat u met de hand in het greepbereik (16) van meetpen L2 blijft en de indicatie
niet afdekt.
b) Indicatie van de draaiveldrichting
De VC-55 geeft bij correct geaarde draaistroomnetten de draaiveldrichting aan (alleen met batterijen). De spanningsmeter
stelt de volgorde vast van de oplopende fasen ten opzichte van het aardpotentiaal.
Houd de spanningstester alleen vast aan de daarvoor bestemde handgrepen (1) en (16). Raak de tester nooit buiten de
handgrepen aan.
Breng beide meetpennen oplopend aan op de te controleren meetpunten.
De meetpen L1 (4) komt overeen met de buitenste leiding (fase) L1.
De meetpen L2 (6) komt overeen met de buitenste leiding (fase) L2.
Het beschikbare spanningsbereik evenals de draaiveldrichting wordt in het indicatieveld weergegeven.
De indicatielampjes (12) geven de betreffende draaiveldrichting weer (L = linksdraaiend / R = rechtsdraaiend).
Voorbeeld 1:
Voorbeeld 2:
Meetpen L1 aan buitenste leiding L1,
meetpen L1 aan buitenste leiding L2,
Meetpen L2 aan buitenste leiding L2,
meetpen L2 aan buitenste leiding L3,
Indicatie van de correcte draaiveldrichting “R”
indicatie van de correcte draaiveldrichting “R”
Voorbeeld 3:
Meetpen L1 aan buitenste leiding L2,
Meetpen L2 aan buitenste leiding L1.
Weergave van de tegengestelde draaiveldrichting “L”
c) Doorgangstest
De VC55 kan bij geplaatste batterijen als doorgangstester gebruikt worden.
Houd de spanningstester alleen vast aan de daarvoor bestemde handgrepen (1) en (16). Raak de tester nooit buiten de
handgrepen aan.
Test voor het begin van de test de werking.
Verbind de beide meetpennen met elkaar. Er klinkt een akoestisch signaal en er brandt een indicatie (11).
Is dit niet het geval, vervang dan de batterijen zoals onder “Plaatsen/vervangen van de batterijen“ is beschreven.
De doorgangstester signaleert een weerstand van 0 - 500 kΩ (+50 %) als doorgang.
d) Enkelpolige fasetest
De VC-55 kan bij geplaatste batterijen als enkelpolige fasetester gebruikt worden.
Houd de spanningstester alleen vast aan de daarvoor bestemde handgrepen (1) en (16). Raak de tester nooit buiten de
handgrepen aan.
Deze enkelpolige fasetest dient slechts als sneltest en moet voor alle werkzaamheden aan deze kabel
nogmaals met de tweepolige meetprocedure op spanningsvrijheid gecontroleerd worden. De voorschrif-
ten om te werken aan elektrische installaties moeten in acht worden genomen.
Breng de meetpen L2 in contact met het te controleren meetpunt. De meetpen L1 blijft hierbij zonder contact.
Is er sprake van een wisselspanning van >100 V, brandt de waarschuwingsindicatie (10) en wordt een akoestisch signaal
gegeven.
De enkelpolige fase-indicatie kan door ongunstige omgevingsvoorwaarden (elektrostatische velden,
goede isolatie etc.) negatief worden beïnvloed. Voer om de spanningsvrijheid vast te stellen in ieder
geval een aanvullende, tweepolige spanningstest uit.
ONDERHOUD EN SCHOONMAKEN
Afgezien van een incidentele reinigingsbeurt en het vervangen van de batterij is de spanningstester volledig onderhoudsvrij.
Voor het reinigen moet de spanningstester van alle meetobjecten worden losgekoppeld.
Laat het apparaat na het reinigen geheel drogen, voordat u het weer gebruikt.
Probeer niet, afgezien van het batterijvak, de behuizing te openen.
Controleer regelmatig de technische veiligheid van de spanningstester. Er mag worden aangenomen dat correct gebruik niet
langer mogelijk is:
• wanneer het apparaat of de verbindingskabel zichtbaar beschadigd is
• na langdurige opslag onder ongunstige condities
• na zware transportbelasting
De buitenkant van het apparaat dient slechts met een zachte, vochtige doek of borstel te worden gereinigd. Gebruik in geen
geval schurende of chemische schoonmaakmiddelen, aangezien die de behuizing kunnen aantasten of de goede werking
kunnen schaden.
VERWIJDERING
Afgedankte elektronische apparaten bevatten waardevolle stoffen en behoren niet bij het huishoudelijk afval.
Breng het apparaat aan het einde van zijn levensduur conform de geldende wettelijke bepalingen naar een
gemeentelijke inzamelplaats. Afvoer via het huisvuil is verboden.
Verwijdering van batterijen!
Als eindverbruiker conform de KCA-voorschriften bent u wettelijk verplicht om alle lege batterijen en accu’s in te leveren;
afvoeren via het huisvuil is niet toegestaan.
Op batterijen die schadelijke stoffen bevatten, vindt u de hiernaast vermelde symbolen. Deze mogen niet via
het huisvuil worden verwijderd. De aanduidingen voor de betreffende zware metalen zijn: Cd = cadmium, Hg =
kwik, Pb = lood. Lege batterijen kunt u gratis inleveren bij de verzamelplaatsen van uw gemeente, onze filialen
of andere verkooppunten van batterijen.
Zo voldoet u aan de wettelijke verplichtingen en draagt u bij aan het beschermen van het milieu.
TECHNISCHE GEGEVENS
Algemeen
Spanningsindicatie LED
12, 24, 36, 50, 120, 230, 400, 690 V AC/DC
Spanningsindicatie LCD
12 - 690 V AC/DC
Resolutie LCD
0,1 V (12 - 300 V), 1 V (>300 V)
Polariteitsindicatie
+, -, +/- (AC)
Indicatietolerantie LCD
± (3 % + 5 counts)
Indicatietolerantie LED
conform EN61243-3
Spanningsindicatie
automatisch
Akoestisch signaal
> 38 V, doorgang
Indicatievertraging
<1 s LED
Frequentiebereik f
DC, 16 ... 400 Hz
Vermogensopname
ca. 2,1 W bij 690 V
max. teststroom I
<3,5 mA
Waarschuwingsindicatie LED
>50 V/AC, >120 V/DC
Meettijd/inschakelduur
max. 30 seconden
Pauze
240 seconden
LED/LCD-indicatie vanaf
> 10 V AC/DC
Stroomvoorziening
2x 1,5 V (AAA/LR03)
Batterij-stroomverbruik
ca. 80 mA
Temperatuurbereik bij bedrijf
-15 ... +55°C
Opslag-temperatuurbereik
-20 ... +70 °C
Rel. luchtvochtigheid
max. 85%, niet condenserend
Meetcategorie
CATIII 1000 V, CAT IV 600 V
Vervuilingsgraad
2
Gebruikshoogte
max. 2000 m boven N.N. (normalnull)
Beschermingsgraad
IP64
Draaiveldrichtingsindicatie
Alleen aan geaarde driefasesystemen!
Spanningsbereik
120 - 400 V/wisselstroom
Frequentiebereik
50/60 Hz
Doorgangstest
Meetbereik
0 - 500 kΩ (+50 %)
Overspanningsbeveiliging
690 V DC/AC
Enkelpolige fasetest
Spanningsbereik
100 - 690 V/wisselstroom
Frequentiebereik
50/60 Hz
Colofon
Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de firma Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau
(www.conrad.com).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming of
de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook
van uittreksels, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen.
© Copyright 2014 by Conrad Electronic SE.
V3_1214_02/VTP
O