97
11. ONDERHOUD EN REINIGING
a) Algemeen
• De stroomtang is, afgezien van een regelmatige reiniging en het vervangen van de batterij,
onderhoudsvrij.
• Er bevinden zich geen onderdelen in het product, die door u onderhouden moeten worden,
open nooit (behalve voor het in de gebruiksaanwijzing beschreven plaatsen/vervangen van
de batterijen) het product.
• Alleen een specialist of vakkundige service-werkplaats mag het apparaat onderhouden of
repareren.
Controleer regelmatig de technische veiligheid van het apparaat en de
meetleidingen op beschadigingen van de behuizing of beknelling enz.
b) Reiniging
Voordat u het apparaat reinigt, dient u per sé de volgende veiligheidsinstructies in acht te nemen:
Bij het openen van afdekkingen of het verwijderen van onderdelen, behalve als
dit met de hand mogelijk is, kunnen onder spanning staande delen bereikbaar
worden.
Voor een reiniging of reparatie moeten de aangesloten leidingen van de
meetapparatuur en van alle meetobjecten worden gescheiden. Schakel de
stroomtang uit.
• Gebruik voor de reiniging geen schurende reinigingsmiddelen, benzine, alcohol of dergelijke.
Hierdoor raakt het oppervlak van de meetapparatuur beschadigd. Gebruik voor de reiniging
geen scherpe gereedschappen, schroevendraaiers of metalen borstels.
• Reinig de stroomtang en de meetleidingen altijd met een schone, pluisvrije, antistatische
en licht vochtige doek. Laat het apparaat compleet drogen, voordat u het voor de volgende
meting gebruikt.