146
12.5 Temperatuurweergavemodi gebruiken
U kunt de beeldweergavemodi gebruiken om het warmtebeeld op bepaalde
manieren weer te geven. U kunt kiezen uit drie weergavemodi: histogram,
automatisch en handmatig.
12.5.1 De handmatige modus activeren
1. Raak de AGC-knop
(C)
meerdere keren aan totdat
MANU-
AL
en het slotsymbool
(A)
op het scherm verschijnen.
2.
Raak de max. temperaturewaarde
(A)
aan en stel de
temperatuurwaarde in.
3. Raak de min. temperaturewaarde
(B)
aan en stel de
temperatuurwaarde in.
4. U kunt de handmatige modus afsluiten door de AGC-knop
te gebruiken en van modus te wisselen.
12.5.2 De automatische of histogrammodus activeren
In de
automatische modus
, worden het niveau en bereik geba-
seerd op de geregistreerde minimale en maximale temperaturen. De relatie tussen
temperatuur en kleur is lineair.
In de
histogrammodus
, wordt het warmtebeeld verbeterd door het histogram-algo-
ritme. De relatie tussen temperatuur en kleur is niet lineair, sommige delen van het
beeld zijn versterkt.
1. Raak de AGC-knop
(C)
meerdere keren aan totdat
AUTO
(automatische
modus) of
HG
(histogrammodus) verschijnt.
2. U kunt de ingestelde modus afsluiten door de AGC-knop te gebruiken en van
modus te wisselen.
Automatische modus
Histogrammodus