l) Temperatuurmeting met contactsensor
Een contactmeting is enkel toegelaten bij spanningsvrije objecten. Stroomstootge-
vaar!
De meegeleverde draadsensor is naargelang het bouwtype alleen voor een meetbe-
reik van -20 tot +230 °C geschikt. Via optionele K-type-thermosensoren kan het totale
meetbereik van de DMM worden gebruikt.
Voor het meten gaat u als volgt te werk:
• Schakel het DMM in en kies naargelang de ge-
wenste resolutie het meetbereik “1°C” of “0,1°C”.
• Steek de K-type-meetadapter volgens de juiste
polariteit in de bussen “V” (+) en “COM” (-).
• Verbind de sensor met de meetadapter. Houd re-
kening met de juiste polariteit. De polariteit is op
de stekker aangeduid.
• Breng de sensortip naar het meetobject. De
meet waarde wordt in het hoofdvenster in °C
weergegeven.
• Schakel de DMM na het meten uit.
De gemeten temperatuur mag enkel aan de sensortip worden gelegd. Het meetappa-
raat moet zich in het gespecificeerde omgevingsbereik bevinden om foutieve metin
-
gen te vermijden.
152