56
b) Displaypictogrammen
G
Gauss, natuurlijke eenheid aan de magnetische fluxdichtheid
mT
Millitesla, SI-eenheid van magnetische fluxdichtheid
N
Toont een positief magnetisch veld (noordpool bij DC)
S
Toont een negatief magnetisch veld (zuidpool bij DC)
AC
Toont de modus wisselveld
REC
Aanduiding voor gegevensregistratie voor minimum/maximum waarde
Max
Indicatie van de maximale waarde
Min
Indicatie van de minimale waarde
Symbool lage batterijstatus (wisselen van de batterij nodig)
c) Toetsfuncties
• Toets
POWER
(2): Hiermee kan het meetapparaat worden in- en uitgeschakeld.
• Toets
HOLD
(5): De meetwaarden worden met een druk op de toets
HOLD
(5) in het display vastgehouden "HOLD".
• Toets
REC
(6): De min/max. meetwaarden worden opgeslagen bij het indrukken van een toets en elke volgende
druk op een toets geeft de min. en max. waarden opeenvolgend weer "REC".
• Toets
ZERO
(1): Deze toets wordt gebruikt voor de nulinstelling.
• Toets
MODE --DC AC
(7): Deze toets dient voor het omschakelen van de meeteenheden en de meetmodi (gelijk-
en wisselvelden)
8. Ingebruikname
a) Plaatsen/vervangen van de batterij
Voor de eerste ingebruikname dient een nieuwe 9V-blokbatterij (alkaline) in het meetapparaat geplaatst te worden.
Optioneel kan ook een netspanningsadapter worden gebruikt voor de stroomvoorziening.
Bij de eerste ingebruikname of als het batterijstatussymbool
op het display zichtbaar is, moet een nieuwe
batterij worden geplaatst. Vervang de batterij als volgt:
• Schakel het meetapparaat uit.
• Draai de schroef van het batterijvakdeksel (12) los en verwijder het deksel (11) voorzichtig van het batterijvak.
• Verbind een 9 V-blokbatterij met de batterijclips. Let daarbij op de polariteit (+/-). Plaats de aangesloten batterij
terug in het batterijvak.
• Sluit het batterijvak met het batterijvakdeksel en draai de schroef weer vast.
• Bij vervanging van een gebruikte batterij door een nieuwe alkalinebatterij van hetzelfde type, volgt u dezelfde
procedure.