77
• Gebruik de multimeter nooit kort voor, tijdens, of kort na een on-
weersbui (blikseminslag!/energierijke overspanningen!). Zorg dat uw
handen, schoenen, kleding, de vloer, schakelingen en onderdelen
van de schakeling enz. absoluut droog zijn.
• Vermijd een gebruik van het apparaat in de onmiddellijke buurt van:
- sterke magnetische of elektromagnetische velden
- zendantennes of HF-generatoren
Daardoor kan de meetwaarde worden vervalst.
• Wanneer kan worden aangenomen dat een veilig gebruik niet meer
mogelijk is, mag het apparaat niet meer worden gebruikt en moet
het worden beveiligd tegen onbedoeld gebruik. Men moet aanne-
men dat gevaarloos gebruik niet meer mogelijk is, wanneer:
- Het apparaat zichtbaar is beschadigd,
- het apparaat niet meer werkt,
- het apparaat langdurig onder ongunstige omstandigheden is op-
geslagen of
- het apparaat tijdens transport te zwaar is belast.
• Schakel het meettoestel nooit onmiddellijk in, nadat het van een
koude naar een warme ruimte is gebracht. Door het condenswater
dat wordt gevormd, kan het toestel onder bepaalde omstandighe-
den beschadigd raken. Laat het toestel uitgeschakeld op kamer-
temperatuur komen.
• Laat het verpakkingsmateriaal niet rondslingeren. Dit kan voor kin-
deren gevaarlijk speelgoed zijn.
• Neem ook de veiligheidsvoorschriften in de afzonderlijke hoofdstuk-
ken in acht.
7. PRODUCTOMSCHRIJVING
De meetwaarden worden op de meettoestel (hierna DMM genoemd) in een verlicht
digitaal scherm weergegeven. Het scherm van de DMM bestaat uit 6000 counts
(count = kleinst mogelijke schermwaarde).
Een laagdoorlaatfilter (LPF) kan worden geactiveerd om stoorfrequenties van >160 Hz
te onderdrukken. Dit maakt het mogelijk om wisselstromen aan frequentieoverlappen-
de signalen storingsvrij te meten.
De inrush-functie maakt het mogelijk om aanloopstromen in het AC-meetbereik bin-
nen de 100 ms te bepalen.