Forest, Forest Narrow
2012-12
Pagina 26
2.20 Batterijen
Standaard is de elektrische rolstoel uitgerust met 2 gesloten AGM batterijen met een
vermogen van 12 V/70 Ah. De batterijen die voor Uw elektrische rolstoel zijn gebruikt, zijn
aandrijfbatterijen, die hun volle capaciteit pas na enkele laad- en gebruikscycli bereiken.
Wanneer de batterijen door lang gebruik niet meer hun volledige vermogen leveren of
wanneer de batterijen beschadigd zijn, dient U beide batterijen door een vakhandelaar te
laten vervangen.
Wij zijn niet aansprakelijk voor schade die ontstaat door het gebruik van batterijen van
derden.
Wanneer de batterijen worden geopend, vervalt de aansprakelijkheid van de fabrikant en de
garantie.
Stel de batterijen niet bloot aan temperaturen onder +5°C en boven +50°C (optimaal:
+20°C).
2.21 Batterijlader
Gebruik voor het opladen van de batterijen uitsluitend de bijgeleverde batterijlader -
IMPULSE S (8 A).
Voor de gebruikersinstructies van de batterijlader kan U gebruik maken van de handleiding
Impulse S dat wordt meegeleverd met Uw batterijlader.
2.22 Laden van de batterijen
L
L
L
L
VOORZICHTIG:
Gevaar voor letsel – Gebruik voor het opladen van de batterijen
uitsluitend de bijgeleverde batterijlader.
Omdat het laadapparaat IMPULSE S (8 A) de laadcurve afstemt op de laadtoestand van de
AGM-batterijen, kan U Uw rolstoel na elk gebruik laden. Hierdoor worden agressieve
oplading van de batterijen en het "memory-effect" zoveel mogelijk voorkomen.
Laad de rolstoel uiterlijk wanneer op de besturing de laadtoestand in het rode veld staat.
Wanneer U toch nog verder rijdt, geeft het voortdurend knipperen van de laatste rode LED
aan dat de batterij onvoldoende capaciteit heeft. Wanneer U ook dit waarschuwingssignaal
negeert, verschijnt na korte tijd op de elektronica een storingscode dat de batterijen
onvoldoende vermogen hebben om te kunnen rijden. Daarom dient U Uw batterijen met het
bijgeleverde laadapparaat IMPULSE S (8 A) op te laden voordat U deze storingsmeldingen
krijgt. Voorkom in ieder geval dat de batterijen diep worden ontladen.
•
INBEDRIJFSTELLING
Steek eerst de stekker van de batterijlader in het stopcontact. De batterijlader wordt nadat
een LED-combinatie is gaan branden in de "STAND-BY"-toestand geschakeld. Beide LED's
(groen en geel) gaan branden.
Sluit daarna de laadkabel met de driepolige stekker aan op de laadbus van de besturing van
de rolstoel. Zodra de verbinding met de batterijen tot stand is gekomen, begint de
batterijlader automatisch met opladen. Alleen de gele LED brandt nu.
Als het laadproces is beëindigd, gaat de gele LED uit en gaat de groene LED branden. Trek
de laadkabel uit de besturing; de batterijlader schakelt weer over op de "STAND-BY"-
toestand (gele en groene LED branden).
Als de laadkabel aangesloten blijft, worden de batterijen door middel van een heel geringe
stroom in optimale toestand gehouden (onderhoudslading).