18
18
18
18
18
3.3 Oppervlaktetemperatuur
De volgende meting in het menu is de
oppervlaktetemperatuur.
De sensor voor de oppervlaktetemperatuur is
een thermokoppel waarvan het meetgedeelte
net uit het meetpijpje uitsteekt. Door het metalen
element tegen het te meten oppervlak te
plaatsen, krijgt met de oppervlakte temperatuur.
Plaats de sensor net zo lang tegen het oppervlak
tot de meetwaarde stabiel is.
Het symbool van oppervlaktetemperatuur is
tijdens deze meting zichtbaar en de meetwaarde
verschijnt in het grote numerieke veld. Tot
ongeveer 60 graden Celsius is de weergave in
tiende graden. Boven deze temperatuur worden
er gehele graden getoond.
3.4 Dauwpuntstemperatuur
Het volgende onderdeel in het menu is de
berekende dauwpuntstemperatuur.
Deze is afgeleid van de luchttemperatuur,
relatieve luchtvochtigheid en oppervlakte-
temperatuur. Het betreft de indicatie van de
temperatuur van het oppervlak waarbij dauw
ontstaat op het oppervlak.
Het symbool van dauwpuntstemperatuur is
tijdens deze meting zichtbaar en de meetwaarde
verschijnt in het grote numerieke veld.
3.5 Temperatuursverschil
De volgende meting in het menu is het
berekende temperatuursverschil.
De berekende temperatuursverschil is het
verschil tussen de oppervlaktetemperatuur en
de dauwpuntstemperatuur. Wanneer dit verschil
kleiner is dan 3 graden Celsius dan verschijnt
er een alarm melding.
Het symbool van temperatuursverschil. Is tijdens
deze meting zichtbaar en de meetwaarde
verschijnt in het grote numerieke veld.
3.6 Datum / Tijd
Als laatste menu optie verschijnt de datum en
de tijd.
Boven de tijd en onder de datum.
Andere metingen zijn niet meer zichtbaar.
3.7 Alarm
De Dewcheck II geeft een alarmmelding als het
temperatuursverschil kleiner is dan 3 graden
Celsius. Dat wil zeggen dat indien de
oppervlaktetemperatuur nog ongeveer drie
graden daalt of de luchttemperatuur nog
ongeveer drie graden stijgt er kans is op dauw.
Tijdens een alarmsituatie verschijnt het alarm-
symbool in beeld. Het moment dat het alarm
voor het eerst optreedt, zal het licht in de meter
gaan knipperen en gaat een beeper af
gedurende een zestal seconden.
Zolang er een alarmsituatie is, blijft het
alarmsymbool in beeld.
4 De menu mode
In deze mode kan de gebruiker instellingen van
het instrument veranderen en opgeslagen
meetgegevens terug oproepen.
De menustructuur
Globaal is het menu onderverdeeld in het ‘setup
menu’ en het ‘memory menu’.
In het eerste kunnen alle apparaatfuncties
ingesteld worden. Het tweede menu dient voor
heropvragen, afdrukken of verwijderen van
opgeslagen meetpunten.
memory
OFF
memory
ON
SETUP menu
cycle
year
month
day
hour
minute
units
bright
lowpwr
MEMORY menu
recall
print
export
clear
Summary of Contents for Dewcheck II
Page 2: ...2 2 2 2 2...
Page 63: ...63 63 63 63 63...