105
NL
6. BATTERIJEN
1. Je hebt voor de computer twee
AAA-batterijen nodig (ook wel '..M4'
of '..R03' genoemd). Vervang de
batterijen op de achterkant van de
computer als het display schemerig
of zwak is.
2. Gebruik bij voorkeur oplaadbare
batterijen. Als je niet-oplaadbare
batterijen gebruikt, denk er dan aan
dat alkalinebatterijen langer meegaan
dan zink-koolstofbatterijen.
“AAA”
3. Vervang altijd alle batterijen; gebruik geen oude en nieuwe batterijen of verschillende soorten
batterijen door elkaar.
4. Bepaal de juiste polariteit (+ en -) en oriëntatie van de batterijen aan de hand van de symbolen
op de computerbehuizing. Plaats de batterijen op de juiste manier en zorg voor goed contact met
de veer. Als het scherm onleesbaar is of slechts enkele segmenten verschijnen, verwijder dan een
batterij en plaats ze na 15 seconden weer terug.
5. Verwijder de batterijen als ze leeg zijn of als je de computer lange tijd niet gebruikt. Dit voorkomt
gevaren door lekkende batterijen.
6. Probeer geen niet-oplaadbare wegwerpbatterijen op te laden.
7. Open batterijen niet en gooi ze niet in het vuur. Explosiegevaar!
8. Gooi gebruikte, niet-oplaadbare batterijen weg als apart gevaarlijk afval volgens de plaatselijke
voorschriften (zie ook de instructies op de laatste bladzijde van het handleidingengedeelte in je
taal).
2. Als de geleiderail (35) in de bovenste stand
staat, steek je de borgpen (29) in het gat in
het hoofdframe. Bevestig dan de geleiderail
(35) met de knop (33) en sluitring (34) aan
het hoofdframe; zoals in afbeelding B.
33
34
35
36
36
6
29
A
35
33
34
29
B