INSTALLATIEHANDLEIDING – P31
VERSION 0129NM02INT01
MANUEL D’INSTALLATION – P31 |
P31
EN
NL
FR
DE
091NM20INT04
relais, PE-kabel op het klemmenblok, en de draad
voor communicatie met de auto (rode draad) zoals
aangegeven in het gedeelte ‘3.4.2 Overzicht vaste kabel’
Stap 4: Neem de DC-beveiligingsmodule en sluit
de kabel van de DC-beveiligingsmodule aan op de
printplaat.
5.5 COMMUNICATIEVERBINDING PRO
Voor aansluiten op UTP of een New Motion mobiele router
(voorkeur) gaat u verder met 5.5a, voor GPRS-verbinding
gaat u verder met 5.5b (zie Overzicht aansluitingen
backoffice 3.4 & 3.5)
5.5A BUSINESS PRO COMMUNICATIE-
AANSLUITINGEN (UTP)
Stap 1: voer de UTP-kabel(s) door de rubberen stop(pen)
op de ingang van de datakabel en sluit deze vervolgens
aan op de linker ethernetpoort(en), zoals aangegeven in
het gedeelte ‘3.4.1 Overzicht van aansluitingen’;
Stap 2: sluit de UTP-kabel aan op een internet-router
met DHCP of een NewMotion mobiele router
5.5B BUSINESS PRO COMMUNICATIE-
AANSLUITING(EN) (GPRS)
Stap 1: controleer of de signaalsterkte voldoende is
5.6 COMMUNICATIE-AANSLUITING
BUSINESS LITE
Voor de configuratie van serieschakeling gaat u verder
met 5.6a, voor sterconfiguratie gaat u verder met 5.6b
(zie 3.6 Business Lite - Verbinding met backoffice)
5.6A COMMUNICATIE-AANSLUITING
BUSINESS LITE (SERIESCHAKELING)
Stap 1: voer de UTP-kabel(s) door de rubberen stop(pen)
op de ingang van de datakabel en sluit deze vervolgens
aan op de linker ethernetpoort(en), zoals aangegeven
in het gedeelte ‘3.4.1 Overzicht van aansluitingen’. Het
andere uiteinde moet worden aangesloten op de rechter
ethernetpoort van de Business Pro
Stap 2: leid een kabel uit de rechterpoort van de
Business Lite naar de linker ethernetpoort van de
volgende Business Lite (herhaal stap 2 totdat alle
Business Lite laadpunten met elkaar zijn verbonden)
5.6B COMMUNICATIE-AANSLUITING
BUSINESS LITE (STERCONFIGURATIE)
Stap 1: Business Pro: voer de UTP-kabel(s) door de
rubberen stop(pen) op de datakabelingang en sluit deze
vervolgens aan op de rechter ethernetpoort(en), zoals
aangegeven in het gedeelte ‘Overzicht van aansluitingen’;
Stap 2: Business Pro: sluit de UTP-kabel aan op een
netwerkswitch (geen DHCP)
Stap 3: Business Lite: voer de UTP-kabel(s) door de
rubberen stop(pen) op de datakabelingang en sluit
deze vervolgens aan op de linker ethernetpoort(en),
zoals aangegeven in het gedeelte ‘3.4.1 Overzicht van
aansluitingen’
Stap 4: Business Lite: sluit de UTP-kabel aan op een
netwerkswitch (geen DHCP)
5.7 AFWERKEN (SLUITEN VAN DE
BEHUIZING)
Stap 1: controleer of de rubberen afdichting goed op zijn
plaats zit
Stap 2: plaats de kap op het laadpunt
Stap 3: draai de vier meegeleverde M4 x 12 mm bouten
rondom de socket handvast aan zodat de kap netjes sluit
op het rubber zonder het rubber te vervormen
Stap 4: draai de andere twee meegeleverde M4 x12 mm
bouten in de onderzijde van de kap handvast aan
Stap 5: draai het EV-stekker aansluiting-klepje rechtsom
in de kap en draai de meegeleverde M4 x 20 mm bout
handvast
Stap 6: schakel de stroom naar het laadpunt in
Stap 7: wacht tot het laadpunt volledig is opgestart (ca. 10
minuten, LED moet uit zijn)
Stap 8: controleer of de Business Pro is verbonden met
het netwerk. U kunt een snelle online controle uitvoeren
via
http://chargeportal.newmotion.com/test
.
Typ het serienummer in het zoekvak en klik op “Search”.
Na invoeren van het serienummer dient “Online” te
verschijnen. Als ‘Online’ niet verschijnt, controleer dan of
het laadpunt goed is aangesloten en probeer het opnieuw.
Neem in geval van terugkerende problemen contact op
met NewMotion.
Stap 9: controleer of de Business Lite laadpunten online
zijn. Controleer alle Business Lites op
http://chargeportal.newmotion.com/test
.
Na invoeren van het serienummer dient “Online” te
verschijnen. Als ‘“Online” niet verschijnt, controleer dan of
het laadpunt goed is aangesloten en reset de Business
Lite-laadpunten terwijl de Business Pro ingeschakeld blijft.
Neem in geval van terugkerende problemen contact op met
NewMotion.
Stap 10: als configuratie van de instellingen voor het opladen
van het laadpunt nodig is (bijvoorbeeld lagere ampère-
instellingen), neem dan contact op met NewMotion.
5. INSTALLATIEPROCEDURE
