NL - 20
6. PROBLEEMOPLOSSING & TRANSPORT
6.1. Probleemo Plossing
Als u na deze basisprobleemoplossing nog problemen met uw apparaat ondervindt,
neem dan contact op met een erkend servicebedrijf of een erkende monteur.
Probleem
Mogelijke oorzaak
Oplossing
De oven gaat niet aan.
De stroom is uitgeschakeld.
Controleer de stroomtoevoer. Controleer
of andere keukenapparatuur werkt.
Geen warmte of de oven
warmt niet op.
Oventemperatuur is niet correct
ingesteld.
Ovendeur is open blijven staan.
Controleer of de regelknop voor de
oventemperatuur juist is ingesteld.
Ongelijkmatige bereiding in
de oven.
Ovenplaten zijn niet juist geplaatst.
Controleer of de aanbevolen
temperaturen en plaatstanden worden
gebruikt.
Open de deur niet te vaak, tenzij u
gerechten bereidt die omgedraaid dienen
te worden. Als u de deur regelmatig
opent, zal de binnentemperatuur
afnemen. Dit kan het kookresultaat
beïnvloeden.
Ovenverlichting (indien
aanwezig) werkt niet.
Lampje is kapot.
Stroom is afgesloten of uitgeschakeld.
Vervang de lamp volgens de instructies.
Zorg ervoor dat de stroom op het
stopcontact is ingeschakeld.
De ovenventilator (indien
aanwezig) maakt lawaai.
Ovenplaten trillen.
Controleer of de oven waterpas staat.
Controleer of de platen en het kookgerei
niet tegen de achterwand van de oven
trillen.
6.2. t r AnsPort
Maak gebruik van de originele productverpakking en vervoer het product in zijn originele
doos. Volg de transportpictogrammen op de verpakking op. Plak alle onafhankelijke
onderdelen met tape op het product om te voorkomen dat er tijdens het vervoer schade
ontstaat.
Als u de oorspronkelijke verpakking niet hebt: bereid een doos zodanig voor dat het
apparaat, in het bijzonder de externe oppervlakken van het product, beschermd zijn tegen
externe bedreigingen.