www.scheppach.com
60 | NL
11.4.1 Aflaten van de overdruk
Laat de overdruk in de compressor ontsnappen door
de compressor uit te schakelen en de nog aanwezige
perslucht in het drukvat (3) te gebruiken, bijv. een per-
sluchtgereedschap op stationair toerental of met een
luchtpistool.
11.5 Transport (afb. 1)
De compressor kan door het kantelen aan de trans-
portgreep (1) op de wielen (4) worden getransporteerd.
11.6 Bestelling van reserveonderdelen
Bij de bestelling van reserveonderdelen moeten de vol-
gende gegevens worden vermeld;
• Type apparaat
• Artikelnummer van het apparaat
11.7 Service-informatie
Let op dat bij dit product de volgende delen onderhevig
zijn aan gebruiksmatige of natuurlijke slijtage, resp. de
volgende delen als verbruiksmateriaal wordt gebruikt.
Slijtageonderdelen*:Luchtfilter
* niet persé in de leveringsomvang opgenomen!
Reserveonderdelen en accessoires zijn verkrijgbaar
bij ons servicecentrum. Scan hiertoe de QR-code op
de titelpagina.
12. Afvalverwerking en hergebruik
Het apparaat zit in een verpakking om trans-
portschade te voorkomen. Deze verpakking is
een grondstof en kan dus opnieuw gebruikt
worden of kan terugkeren in de kringloop van
grondstoffen.
Het apparaat en de accessoires ervan be-
staan uit verschillende soorten materiaal, zoals metaal
en kunststoffen.
Verwijder defecte componenten als
speciaal afval. Informeer hiernaar bij uw speciaalzaak
of bij de gemeente!
11.2 Onderhoud van het drukvat (afb. 1)
m
Let op!
Om het drukvat (3) in goede staat te houden, moet u na
elk gebruik het condenswater aftappen door de aftap-
plug (10) te openen.
Maak hiertoe eerst de ketel drukloos.
De aftapschroef (10) wordt geopend door hem linksom
te draaien (vanaf de onderzijde van de compressor ge-
zien), zodat het condenswater volledig uit het drukvat
(3) kan wegstromen.
Om het condenswater volledig uit het drukvat (3) te la-
ten lopen, moet het iets opzij worden gekanteld, zodat
de aftapschroef (10) het laagste punt is.
Draai vervolgens de aftapschroef (10) weer vast
(rechtsom). Controleer (3) vóór elk gebruik het drukvat
op roestvorming en beschadigingen.
De compressor mag niet gebruikt worden als het druk-
vat (3) beschadigd of roestig is. Neem contact op met
de klantendienst-werkplaats als u beschadigingen con-
stateert.
Het condenswater uit het drukvat kan olieresten bevat-
ten. Lever het condenswater milieuvriendelijk bij een
hiervoor aangewezen verzamelpunt in.
11.3 Veiligheidsklep (afb. 4)
De veiligheidsklep (4) is ingesteld op de maximaal toe-
gestane druk van het drukvat (3). Het is verboden om
de veiligheidsklep (4) te verstellen of te verwijderen.
De veiligheidsklep (4) moet om de 30 bedrijfsuren,
maar tenminste 3 keer per jaar worden bediend, zodat
deze correct functioneert als dit nodig mocht zijn.
Draai de aftapmoer (4.1) linksom om de uitlaat van de
veiligheidsklep (4) te openen.
De veiligheidsklep (4) laat nu hoorbaar lucht uit. Draai
vervolgens de aftapmoer (4.1) weer rechtsom vast.
11.4 Opslag
m
Let op!
Haal de stekker uit het stopcontact, ontluchten
het apparaat en alle aangesloten persluchtgereed-
schap. Stel de compressor dusdanig af dat deze
niet door onbevoegden in gebruik kan worden ge-
nomen.
m
Let op!
De compressor alleen bewaren in een droge om-
geving die niet toegankelijk is voor onbevoegden.
Niet kantelen, uitsluitend rechtop bewaren!